Er werden in totaal acht sporen geregistreerd. Het gaat om paalsporen, kuilen, greppels en een ploegspoor. De sporen werden verspreid over het terrein aangetroffen.
De paalsporen leverden geen vondstmateriaal op. Ze tekenden zich scherp af in het vlak. Op basis daarvan en de niet uitgeloogde aard van de vulling zijn de sporen wellicht te dateren in de nieuwe tot nieuwste tijd.
Er werden eveneens twee kuilen geregistreerd. Ze werden vastgesteld in werkput 1 en werkput 2. Op basis van de niet uitgeloogde vulling en de scherpe aflijning in het vlak zijn ze ook in de nieuwe en/of nieuwste tijd te dateren.
In de oostelijke zone van het onderzoeksgebied werd een noordoost-zuidwestgeoriënteerde greppel aangetroffen. De greppel loopt gelijk met een nog aanwezige perceelgrens binnen het terrein. Deze perceelafbakening wordt reeds weergegeven op de Villaretkaart (1745-1748) en gaat dus minstens terug tot in de nieuwe tijd.