Het onderzoeksgebied bevindt zich in de noordoostelijke hoek van de luchthaven van Zaventem, in het militaire gedeelte.
Voor de zuidelijke zone van het terrein hebben bodemonderzoeken een verontreiniging met minerale olie aangetoond. Hier heeft reeds een sanering plaatsgevonden waarbij de grond werd afgegraven tot 4 m-mv. Dit heeft een vernietiging veroorzaakt van het eventueel aanwezige archeologische erfgoed. De restverontreiniging zal in een latere fase verwijderd worden.
Tijdens het proefsleuvenonderzoek werd over delen van het projectgebied een verstoorde bodemopbouw vastgesteld, veroorzaakt door vergraving. Er werden zes archeologische sporen aangetroffen waarvan er bij nader onderzoek slechts twee van oudere oorsprong bleken te zijn. Ze bevonden zich verspreid over het terrein en de densiteit is zeer laag. Het gaat telkens om (paal)kuilen. Aangezien deze sporen meer uitgeloogd zijn, zijn ze waarschijnlijk ouder. Greppels of andere spoortypes werden niet aangetroffen.
De vier recentere sporen bevonden zich allen op een zuidwest-noordoost georiënteerde lijn die parallel verloopt met de Haachtsesteenweg. Ze maken waarschijnlijk allemaal deel uit van een voorloper van de omheining die zich nu meer richting de Haachtsesteenweg bevindt. In twee van deze sporen zaten vondsten. Het gaat om een glas en een ijzeren brokstuk. Het glas was gemaakt in art deco stijl wat een datering in de eerste helft van de 20ste
eeuw oplevert. Het materiaal uit het tweede spoor bestond uit fragmenten van recent aardewerk, stukjes beton en stukjes natuursteen.