De veldkartering met metaaldetectie leverde geen relevante vondsten op. Men trof de restanten van een perceelsafsluiting aan en een bierblikje.
Tijdens het proefsleuvenonderzoek werden greppels en een kuil aangetroffen. In het noordelijk deel van sleuven 1 tot en met 5 werd een 1m brede greppel met een grijs tot grijsbruine vulling geregistreerd. De greppel komt overeen met een perceelsgrens op de Atlas der Buurtwegen. In proefsleuf 4 werden 2 andere greppels aangetroffen. Beide greppels hadden een grijze tot grijszwarte vulling. De meest noordelijke greppel was 80 cm breed. De andere greppel was 100 tot 120 cm breed. De greppels bevatten geen dateerbaar materiaal. In proefsleuf 2 bevond zich een cirkelvormige kuil met een bruin-oranje-gele vulling gemengd met grind. Het spoor had een diameter van 100 cm maar bevatte geen vondsten.