waarneming

Mevrouwkensveld

archeologisch element
ID
980722
URI
https://id.erfgoed.net/waarnemingen/980722

Beschrijving

Er werden twee zones opgegraven. De grootste sporendichtheid situeerde zich in de noordelijke zone. De sporen konden toegewezen worden aan 33 structuren, waarbij negen gebouwstructuren, vijf hutkommen, vijftien greppels en vier palenrijen zijn onderscheiden. Aanvankelijk was een spoor geïnterpreteerd als waterkuil, maar wellicht gaat het eerder om een leemwinningskuil. Het aangetroffen aardewerk dateert de vindplaatsen in grofweg drie perioden: de Romeinse tijd, de volle middeleeuwen, de late middeleeuwen en nieuwe tijd. De meeste sporen dateren in de volle middeleeuwen.

Van de Romeinse periode werden enkel fragmenten aardewerk en bouwkeramiek aangetroffen. Waarschijnlijk gaat het om rondzwervend materiaal dat in jongere sporen terecht is gekomen, al zou het kunnen dat een deel van de niet gedateerde sporen tot deze periode behoren. Een afwateringsgreppel in de noordelijke zone bevatte een fragment van een Romeinse dolium, mogelijk is deze greppel dus Romeins. 

Er waren ook aanwijzingen voor activiteiten in de vroege middeleeuwen: scherven ruwwandig aardewerk en ijzerslakken. Ook aan deze fase kunnen geen duidelijke sporen of structuren worden toegewezen.

In de negende of tiende eeuw werd er een omgreppeld erf ingericht met een gebouwstructuur, dat vermoedelijk een gebintenbouw betreft. In een volgende fase werd dit erf opnieuw ingericht met onder andere een groter bootvormig huis.

De volmiddeleeuwse bewoningsperiode lijkt een bijna continu karakter gehad te hebben, met diverse aanwezige sporen: kuilen, hutkommen, bijgebouwen, hooibergen. Uit de tiende/ elfde eeuw dateren vijf hutkommen gebouwd. Uit deze periode werd onder andere maaslands aardewerk aangetroffen (o.a. kogelpotten en tuitpotten). Op basis van het aardewerk lijkt de site te zijn verlaten vóór de twaalfde eeuw. Sporen van brand wijzen op één of meerdere fasen van brand op de site. 

Uit het archeobotanische onderzoek van de stalen uit de hutkommen, maar ook uit andere contexten zoals voorraadkuilen, paalkuilen en een haardplaats, blijkt dat de vindplaats beschreven kan worden als een boerenerf waar een divers spectrum aan graansoorten, peulvruchten, vruchten, kruiden en groenten zijn geteeld of tenminste gebruikt. De diversiteit aan consumptiegoederen zou een indicatie kunnen zijn dat dit erf nagenoeg zelfvoorzienend was. Er is weinig botmateriaal aangetroffen. Analyse ervan toont aan dat rund, schaap/geit, varken en paard in ieder geval aanwezig waren binnen het plangebied. Het is waarschijnlijk dat al deze diersoorten in meer of mindere mate onderdeel uitmaakten van het dieet, maar of ze daarnaast nog een andere rol vervulden binnen de lokale bestaanseconomie valt door de beperktheid van de zoöarcheologische dataset niet te bepalen. 

De zone werd na de volmiddeleeuwse fase afgedekt met een laag verspoelde leem, wellicht alluvium van de nabijgelegen beek. 

Na de twaalfde of dertiende eeuw was er nog steeds activiteit op de site, zoals blijkt uit sporen van een spieker, een kuil en een paalspoor, die door deze laag zijn gegraven of waaruit aardewerk uit deze periode afkomstig is.

Een volgende fase omvat bewoning in de late middeleeuwen ten noordwesten van het noordelijk onderzoeksterrein, waar thans nog steeds een hoeve gelegen is. In de opgravingszone werd enkel een kuil met geglazuurde daktegels aangetroffen uit deze periode. Een diepe gracht uit dezelfde zone zou een eventuele omgrachting van de laatmiddeleeuwse hoeve kunnen zijn. 

Na of aan het eind van de middeleeuwen werd de hele zone bedekt met colluvium.

Tenslotte werden enkele greppels en paalkuilen teruggevonden waarvan de oriëntatie goed aansluit op de huidige percellering, en enkele leemwinningskuilen. In deze zone werden eveneens nog karrensporen aangetroffen.


Auteurs: Goukens, Lode
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)

Late middeleeuwen

Typologie: kuilen, spijkers, walgrachten
Context: colluviale processen
Gebeurtenis:

Nieuwe Tijden

Typologie: karrensporen, leemwinning
Context: colluviale processen
Gebeurtenis:

Romeinse tijd

Datering: Romeinse tijd
Typologie: indicaties voor metaalbewerking, perceelsgreppels, vaatwerk
Context: colluviale processen
Materiaal: aardewerk
Gebeurtenis:

Vroege en volle middeleeuwen

Datering: 10de eeuw, 11de eeuw, volle middeleeuwen, vroege middeleeuwen
Typologie: boothuizen, greppels, haardplaatsen, hutkommen, indicaties voor metaalbewerking, kuilen, paalkuilen, perceelsgreppels, vaatwerk
Context: colluviale processen
Gebeurtenis:

Relaties


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Mevrouwkensveld [online], https://id.erfgoed.net/waarnemingen/980722 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.