Op een terrein aan de Bonnefantenstraat in Hasselt werd van 4 tot en met 10 september 2019 een archeologische opgraving van met een oppervlakte 276 m² uitgevoerd door BAAC Vlaanderen bvba. Het gebied is gelegen in de middeleeuwse kern van de stad Hasselt, op een zuidgerichte helling met aan de voet ervan – nog binnen het plangebied - de ingekokerde Hellebeek, een bijrivier van de Demer. Binnen het onderzoeksgebied waren restanten van natuurlijke afzettingen bewaard die getuigen van de aanwezigheid van een inham op de Hellebeek. In de sedimenten werd een kleine hoeveelheid handgevormd aardewerk uit de ijzertijd aangetroffen. In de buurt werden bij onderzoek in 2007 ook sporen uit deze periode opgegraven.
In het uiterste zuiden van het plangebied getuigt een deel van een haard en een latere lemen vloer van bebouwing langsheen de Bonnefantenstraat in de late middeleeuwen. Een nauwe datering kan niet worden gegeven. Er werden geen andere in situ restanten uit deze periode aangetroffen maar in de vulling van een latere kelder werd een dempingslaag opgegraven met aardewerk uit de 14de-15de eeuw. Dit pakket bevestigt de oorspronkelijke aanwezigheid van laatmiddeleeuwse contexten op deze locatie.
In 1638 vestigden kloosterzusters van het Sint-Agatha-klooster uit Maastricht zich in Hasselt, aanvankelijk langs de Raamstraat, en in de in de jaren 1646-1649 langs de Paardsdemerstraat en de Bonnefantenstraat. Binnen het onderzoeksgebied werden vijf kelders opgegraven die verband houden met dit klooster. Drie van de kelders worden geassocieerd met de vroegste fase van het klooster in het midden van de 17de eeuw. In één van deze parallelle kelders was een vloer met veegpot bewaard. In de twee andere kelders was dit niet het geval. Deze waren in de loop van de 18de eeuw opgevuld met materiaal uit de nabije omgeving. Er waren geen sporen bewaard van het oorspronkelijke gebruik van de kelders en er waren ook geen bovengrondse volumes uit deze periode bewaard. Op basis van datering van vondstmateriaal en van cartografische bronnen kon de bouw van een vierde kelder tussen 1759 en 1842 worden gedateerd. De kelder doorsneed de oudere kelders en was voorzien van een gewelf en een baksteenvloer die gedeeltelijk was bewaard. Er waren geen sporen van het oorspronkelijk gebruik van deze kelder. De ruimte was bij de aanbouw van de jongste kelder volledig gevuld met afbraakpuin. De bouw hiervan wordt op basis van bouwmaterialen en cartografische gegevens gedateerd tussen 1923 en 1950. In 1972 verdween het kloostergebouw en werd vervangen door het RTT-gebouw. De sloop van de jongste kelder moet dan ook in deze periode worden gedateerd.
Deze opgraving levert zeer interessante winst op voor de kennis van de geschiedenis van de stad Hasselt, gezien er nog maar weinig archeologisch onderzoek werd uitgevoerd. Uit de vroege middeleeuwen zijn enkel de paalsporen en enkele graven aan de Sint-Quintinuskathedraal (CAI 51866), mogelijk een houten voorganger van de Romaanse kerk. Ook voor de volle middeleeuwen is weinig archeologische informatie voor handen. De opgraving aan de Sint-Quintinuskathedraal (CAI 51866) leverde sporen van een zaalkerk in ijzeroersteen, die rond de oude houten kapel is opgetrokken, en een 15e -eeuws koor op. Sporen uit de late middeleeuwen zijn slechts op vijf locaties vastgesteld. Sporen uit de nieuwe tijd zijn iets talrijker.
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: BAAC Vlaanderen bvba
Is deel van
Historische stadskern van Hasselt
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Bonnefantenstraat [online], https://id.erfgoed.net/waarnemingen/981008 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.