Het landschappelijk booronderzoek duidde op de aanwezigheid van een grotendeels intacte bewaarde bodem met een onverstoorde bodemopbouw. Het archeologisch vooronderzoek bracht een beperkte hoeveelheid archeologische sporen uit verschillende perioden aan het licht. Het oudste spoor is een greppel die de volledige westelijke zone, van het noordwesten naar het zuidoosten, doorsnijdt. In het westen werden enkele scherven ingezameld die kenmerken vertonen van (laat-/finaal-) neolithisch aardewerk. Met de nodige voorzichtigheid wordt deze greppel daarom in het neolithicum gedateerd. Een middeleeuwse greppel en verschillende postmiddeleeuwse afwateringsgreppels werden als off-site fenomenen geïnterpreteerd.
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: MONUMENT - VANDEKERCKHOVE