Tijdens het proefsleuvenonderzoek werd vastgesteld dat het terrein zwaar verstoord is door de voormalige bebouwing.
Mogelijk bevond er zich op de locatie van het plangebied een site maar door de vele verstoringen die aanwezig zijn in het plangebied is deze vernietigd. Er werden enkele archeologisch relevante sporen aangetroffen, in hoofdzaak paalkuilen en één greppel. De paalkuilen vormden samen echter geen plattegrond of duidelijk geheel. Er werd eveneens geen dateerbaar vondstmateriaal aangetroffen in de vullingen van deze sporen en de paalkuilen waren nog slechts voor enkele cm bewaard.
Tijdens het gravend onderzoek werden in de bovenste laag van de aangetroffen geul twee aardewerkfragmenten aangetroffen, maar met een zeer uiteenlopende datering (LME/NT vs mogelijk Romeins). Het gaat hier bijgevolg om materiaal uit context.
In het oostelijk gedeelte van het plangebied werd de overgang van het droger gelegen deel met de beekvallei van de Kerkebeek aangesneden waardoor de ligging van deze vallei iets bijgesteld kon worden.