Naar aanleiding van een stedenbouwkundige vergunning voor de herprofilering van de spoorwegbermen langs de 'tunnel van Kumtich' werd een archeologisch onderzoek uitgevoerd.
Op 22 september 1837 werd een enkelsporige spoorlijn tussen Leuven en Tienen geopend. Het bekendste bouwwerk van het traject was de 'tunnel van Kumtich'. In 1842 werd de spoorlijn op dubbelspoor gebracht en in 1844 werd dan ook besloten om naast de bestaande tunnel een tweede tunnelkoker te graven. Tijdens de bouw van de tunnel werd afgeweken van het geplande ontwerp. Dit veroorzaakte de instorting van beide tunnels. Voortaan rijdt de trein in open lucht.
Voor de opgraving werd aan weerszijde van de spoorlijn twee werkputten aangelegd. Het archeologische niveau bevond zich tussen 68,58 en 76,98 TAW. In werkput 1 werden geen sporen waargenomen. In het profiel van de spoorwegberm werden wel twee sporen aangetroffen. De eerste kuil betrof een baksteenoven en de tweede werd wellicht gegraven voor leemwinning, waarna ze opgevuld werd met baksteenafval. In werkput 2 werden twee sporen van de ventilatieschachten van één van de tunnels aangetroffen. Het derde spoor was moeilijk interpreteerbaar. In werkput 3 werden geen archeologisch interessante sporen aangetroffen. In werkput 4 werd één van de tunnels aangetroffen. Aangezien uit het onderzoek blijkt dat de tunnel niet volledig aangelegd was, kan het niet over de tunnel aangelegd in 1837 gaan en betreft het de tweede tunnel uit 1844. De archeologische vondsten bestaan vooral uit balken en planken die deel uitmaakten van een loopplank, waarschijnlijk gebruikt om gemakkelijk kruiwagens te verplaatsen, en van de houten constructie die het gewelf van de tunnel ondersteunde tijdens de opbouw.
Auteurs: Demeulenaere, Eline
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: ARCHEBO bvba
Beschrijving:
Het gaat om een spoorwegtunnel uit 1844. Tijdens de opgraving zijn baksteenresten en hout teruggevonden. Het vondstmateriaal uit hout bestaat uit balken en planken. Deze werden gebruikt als loopplank en om een constructie te maken om het gewelf van de tunnel te ondersteunen tijdens de opbouw.