De drie proefputten leverden in hoofdzaak lagen op. Proefput 1 toonde aflopende lagen in zuidwestelijke richting die mogelijk als grachtdemping werd geïnterpreteerd. De put werd tot een diepte van 2 meter aangelegd en aansluitend werd nog 2 meter dieper geboord. De grachtvulling zelf werd niet aangesneden waardoor vermoed wordt dat deze zich nog wat zuidelijker bevindt.
Proefput 2 bevatte tot 1,7m vooral dempingspakketten in de vorm van puinrijke lagen.
Proefput 3 gaf een ander beeld en bevatte de ophogingslagen om het terrein in cultuur te brengen en een greppel.
Wellicht werden in Proefput 1 en 2 de grachtdempingen aangetroffen, behorende tot de stadsgracht en bevond proefput 3 zich buiten deze gracht.