Om inzicht te krijgen in de bodemopbouw en het potentieel op aanwezigheid van steentijd artefactensites te onderzoeken, werd eerst een landschappelijk booronderzoek uitgevoerd. Op basis van de resultaten van het landschappelijk booronderzoek, bleek de kans op de aanwezigheid van nog intacte steentijd artefactensites klein. De kans op het aantreffen van sporensites was nog wel aanwezig. Aansluitend op het landschappelijk booronderzoek werd vervolgens een proefsleuvenonderzoek uitgevoerd.
Tijdens het proefsleuvenonderzoek werden 21 paalkuilen uit ijzertijd tot vroege middeleeuwen aangesneden. Een eerste concentratie paalkuilen bevindt zich centraal in het onderzoeksgebied. Het is op basis van de huidige informatie niet met zekerheid te bepalen of deze deel uitmaken van gebouwplattegronden of ze eerder onderdeel vormen van een activiteitenzone. Op basis van hun uitzicht en het aardewerk worden ze in de ijzertijd of Romeinse tijd gedateerd. Een tweede concentratie paalkuilen lijken onderdeel te zijn van een oost – west gericht hekwerk. In de paalkuilen zijn geen vondsten aangetroffen maar op basis van hun uiterlijke kenmerken zijn ze ouder dan de volle middeleeuwen. Vanaf de late middeleeuwen is het onderzoeksgebied in gebruik geweest als landbouwgrond.
Auteurs: Hertoghs, Sarah
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)