In het kader van het grootschalig herontwikkelingsplan (het Janseniusproject) werd een archeologische opgraving uitgevoerd. Het veldwerk, een werfbegeleiding, werd in twee werkputten uitgevoerd. In beide werkputten werden 2 vlakken aangelegd en geregistreerd.

In de eerste aangelegde werkput werden geen sporen aangetroffen. Wel werd een rij betonnen funderingspalen aangesneden in de lengterichting van de werkput. Voor werkput 2 werden op een eerste aangelegd vlak enkele muurresten en (drainage)greppels gevonden. Een kuil werd ook opgemerkt. Bij het verder afgraven werden in het noorden en in het zuiden enkele grachten blootgelegd. De sporen zouden dateren uit de late middeleeuwen - nieuwe tijd.

Er werden vondsten ingezameld van de categorieën ceramiek, dierlijk bot, leer, bouwceramiek en metaal. De 150 scherven aardewerk omvatten 110 scherven in rood aardewerk, 27 in steengoed, 7 in grijs aardewerk, 5 in industrieel en 1 in tinglazuur. De aangetroffen muur S2 en gootje S4 werden bemonsterd op bouwmateriaal. Voor de rest waren er geen relevante contexten voor bemonstering.