Uit de late middeleeuwen werden verschillende sporen teruggevonden. Het gaat om kuilen, grachten, greppels en dierlijke begravingen. Deze sporen wijzen op de nabijheid van bewoning. De aangetroffen kuilen bestaan uit enerzijds afvalkuilen en anderzijds werden ook heel wat dierlijke begravingen aangetroffen. In de meeste gevallen was de kuil speciaal voor het dier uitgegraven. De afvalkuilen werden gekenmerkt door het voorkomen van houtskoolspikkels, baksteenbrokjes en –brokken. Er werden ook heel wat scherven aangetroffen in deze kuilen. Het aangetroffen vondstmateriaal laat een datering toe in de late middeleeuwen, eerder 14de tot 15de eeuw. Deze datering wordt voorgesteld op basis van het voorkomen van grijs en rood gebakken aardewerk in de combinatie met steengoed, en 14C dateringen. 

Uit de periode van de Tweede Wereldoorlog werden ook een aantal structuren aangetroffen: 2 geschutsopstellingen, een aantal bomkraters en een antitankgracht. De geschutsopstellingen en antitankgracht waren zichtbaar op een luchtfoto uit 1944. Tijdens de opgraving werd 1 goed bewaarde opstelling en 1 minder goed bewaarde opstelling aangetroffen. Bij deze laatste was het opgaand muurwerk niet meer bewaard gebleven. Op de luchtfoto uit 1944 waren er 3 cirkelvormige anomalieën zichtbaar, waarvan er zich 2 binnen het projectgebied bevonden. Deze twee zijn nu exact gelokaliseerd en in kaart gebracht. Elke opstelling bestond uit een half cirkelvormige muur waarrond een cirkelvormige loopgraaf lag. Behorend tot de
geschutsopstellingen werd een vierkante bakstenen vloer met daarrond een afwateringsgreppeltje aangetroffen. Deze vierkante bakstenen vloer was naar alle waarschijnlijkheid bedoeld als fundering van het artilleriegeschut zelf. De half cirkelvormige muur bij de eerste geschutsopstelling bestond uit
baksteen afgewerkt met beton. Er waren in de muur verschillende kleine openingen en er kwamen zowel aan de binnen- als aan de buitenkant van de muur enkele houten paaltjes voor. In de loopgraaf bij de tweede geschutsopstelling werden een aantal houten planken teruggevonden in de vulling.

Het gaat vermoedelijk om artilleriegeschut van 10,5 cm kaliber. Deze waren vermoedelijk bedoeld om een deeltje van de kust bij Mariakerke te kunnen beschermen bij een eventuele geallieerde aanval vanuit de zee.