De opgraving van het bufferbekken maakte duidelijk dat er wel degelijk een archeologische site aanwezig is onder de voetbalvelden van Meldert.

Bij de opgravingen op de aanpalende percelen aan de Notenstraat, ten westen van het huidige plangebied, zijn reeds verspreide bewoningssporen aangetroffen die in de metaaltijden werden gedateerd. Een deel van het aldaar aangetroffen aardewerk is echter moeilijk te onderscheiden van lokaal inheems-Romeins aardewerk, waardoor deze site mogelijk ook in de Romeinse tijd in gebruik was. De sporen- en vondstdichtheid op de aanpalende opgraving waren erg laag; mogelijk betreft het daar off-site fenomenen van een bewoningskern meer ten oosten, binnen het huidige plangebied.

De hoge densiteit aan sporen en vondsten ter hoogte van het bufferbekken toont inderdaad aan dat de kern van de nederzetting eerder onder de voetbalvelden gezocht moet worden. Het geeft tevens aan dat de Romeinse periode sterk vertegenwoordigd is in deze zone. De twee 14C-dateringen suggereerden een langdurige aanwezigheid doorheen de Romeinse periode (120-410 CE), hoewel één van de dateringen (120-240 CE) als minder betrouwbaar beschouwd mag worden. In totaal werden er binnen een opgravingsvlak van ca. 150 m² 36 verkleuringen gedocumenteerd. Door de beperkte omvang van de werkput konden er niet met zekerheid structuren herkend worden in de sporenclusters, hoewel de aanwezigheid van mogelijke wandgreppels lijkt te wijzen op een (huis)plattegrond. Er werden tevens 362 vondsten ingezameld, waarvan het grootste deel bestond uit inheems Romeins aardewerk, fragmenten bouwaardewerk (voornamelijk dakpannen) en natuursteen. De observaties van dit project en van het aansluitende project Notenstraat lijken te wijzen op een langdurig bewoonde landelijke nederzetting. Het type sporen en vondsten ter hoogte van het bufferbekken lijkt erop te wijzen dat deze zone gebruikt werd voor een variëteit aan activiteiten. Sommige daarvan kunnen begrepen worden binnen de context van een huishouden, maar een aantal sporen (urngraf? metallurgie?) lijken eerder te wijzen op activiteiten die zich aan de onmiddellijke rand van een woonkern zouden afspelen.