Naar aanleiding van de aanvraag van een omgevingsvergunning voor een woonverkaveling, vond binnen het plangebied een archeologisch vooronderzoek plaats in de vorm van een landschappelijk booronderzoek en een proefsleuvenonderzoek. 

Zeven van de 8 landschappelijke boringen vertoonden een A/C-bodemprofiel. De 8ste boring stuitte en gaf geen resultaat. Het archeologisch vlak situeert zich tussen 30 en 50 cm -mv. In drie boringen werd het archeologisch vlak pas aangeboord op 80 en 130 cm -mv, wellicht betreft het hier verstoorde zones.

De maaiveldhoogtes binnen de advieszone situeren zich tussen +18,88 en +19,39 m TAW. De advieszone kent een licht stijgend verloop van zuidwest naar noordoost. De vier aangelegde bodemprofielen in de proefsleuven vertonen alle een A/C-bodemprofiel. In drie profielen is onder de recente antropogene pakketten nog een donker bruingrijze ploeghorizont aanwezig bovenop de C-horizont. Ter hoogte van het vierde profiel is dit niet meer het geval en wordt de C-horizont afgetopt door de recente verstoringen.

Het noordoostelijk deel van het plangebied was getekend door een groot aantal omvangrijke recente verstoringen. Verder waren in deze zone nog ploegsporen zichtbaar. Het zuidwestelijke deel was minder gehavend door verstoringen. Buiten bioturbatie bleken echter geen archeologische sporen aanwezig.