is aangeduid als gebied geen archeologie, gewestelijk Gebied 7911
Deze aanduiding is geldig sinds
Alle landschappelijke boringen toonden een gelijkaardige bodemopbouw met een losse Ap-horizont bestaande uit bruine leem van ca. 15-20cm dik met daaronder een geelbruine overgangshorizont bestaande uit leem met iets meer structuur. Vervolgens werd op ca. 60-70cm diepte de licht gevlekte textuur B-horizont aangetroffen bestaande uit zware (kleirijke) bruine leem met redelijk goed ontwikkelde polyedrische structuur en kleihuidjes (coatings). Concluderend tonen de landschappelijke boringen over het gehele terrein, en onder de grondstockage, een bodem waarin archeologie kan worden teruggevonden. Doordat een Bt-horizont bewaard is, is er een verwachting naar zowel steentijd- als sporensites.
Tijdens het verkennend archeologisch booronderzoek werd geen enkel steentijdartefact aangetroffen, noch andere archeologische relevante vondsten.
Tijdens het proefsleuvenonderzoek zijn geen vondsten, (antropogene) archeologisch relevante sporen en structuren aangetroffen. Het veldwerk leverde slechts een groot aantal natuurlijke en antropogene sporen van recente aard op die in verband kunnen gebracht worden met het voormalige gebruik van het onderzoeksgebied als akker- en/of weiland.
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Indar