In elk profiel en in alle sleuven werd een 25 tot 36 cm dikke, bruingrijze zandige ploeglaag herkend. Direct daaronder lagen verschillende oppervlaktehorizonten of oude ploeglagen. Het terrein is enkele malen opgehoogd.
In de sleuven zijn twee sporen ontdekt. Het gaat om één gracht en één brandrestengraf. Het brandrestengraf is ontdekt onder een recent verstoorde zone. Het spoor is noord-zuid georiënteerd. De bovenkant van het spoor is verdwenen en opgenomen in de recente verstoring. Het aardewerk is voorzichtig te dateren in de 2e of begin 3e eeuw.
Auteurs: Meylemans, Erwin
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)