Het vooronderzoek met behulp van proefputten laat toe om de begraafplaats tussen de Sint-Hermeskerk en de Sint-Martinuskerk af te bakenen.
In proefput 1 en 7 is een bakstenen kerkhofmuur aangetroffen zoals deze is afgebeeld op postmiddeleeuwse kaarten. Op basis van het kaartmateriaal is deze muur waarschijnlijk ten laatste in de 17de eeuw opgericht. Deze bakstenen muur uit proefput 1 en 7 vertegenwoordigt waarschijnlijk een recentere uitbreiding van het kerkhof. De datering van de begravingen in proefput 6 lijken namelijk hierop te wijzen. Op basis van oudere sporen, is deze locatie in de huidige Cypriaan de Rorestraat waarschijnlijk pas in de 14de eeuw als begraafplaats in gebruik genomen.
In proefput 5, 6, 7 en 8 zijn in situ begravingen aangetroffen. Deze zones maakten dus integraal deel uit van het kerkhof. De menselijke resten zijn over het algemeen goed bewaard. Het gaat hier vooral om kistbegravingen zonder een variatie in de positie van de skeletten. De overgrote meerderheid betreft volwassenen en grafgiften waren niet aanwezig. Opvallend is de hoge densiteit aan begravingen in proefput 6. De begraafplaats bleef in gebruikt tot het begin van de 19e eeuw. Dit stemt overeen met de vondsten die in de recentste fases van het kerkhof zijn aangetroffen.
In proefput 2 (Kaatsspelplein) is een deel van de kapittelgebouwen aangesneden, vermoedelijk de 17de -eeuwse fase van het kapittelhuis. Het middeleeuwse kapittelhuis werd in de 17de eeuw afgebroken, terug opgebouwd in 1655 en uiteindelijk in 1924 definitief afgebroken.
In proefput 3 en 4 (Kleine Markt) zijn de oudste sporen gevonden in de vorm van enkele grote kuilen uit de 13de of 14de eeuw. Het gaat hier mogelijks om ontginningskuilen. Gedurende de 15de en 16de eeuw werd de Kleine Markt als plein ingericht met een aantal fases van ophoging en verharding van het loopvlak. Verschillende paalkuilen zijn aangetroffen die waarschijnlijk dienden voor lichte of tijdelijke constructies in functie van markten. Dit alles is afgedekt aan de hand van een laag met verbrand materiaal. Deze laag komt ook terug in proefput 2. De vondsten en de stratigrafische gegevens wijzen naar een datering in de eerste helft van de 16de eeuw, een periode van een grote hoeveelheid stadsbranden
Het hele projectgebied behoort uiteindelijk integraal tot de Vrijheid, een heerlijkheid die vermoedelijk teruggaat op een vroegmiddeleeuwse religieuze stichting (ontstaan in de 10de eeuw).
Auteurs: Pede, Ruben; Klinkenborg, Sigrid; Cherretté, Bart
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Beschrijving:
De gracht leverde geen vondsten op, maar aan de hand van het uitzicht en de oriëntatie wijzen mogelijk op een pre- (of vroeg) middeleeuwse datering.
Afgaande op de baksteenformaten dateert de muur allicht uit de postmiddeleeuwse periode.
Beschrijving:
Aan de hand van de vondsten kunnen de ophogingslagen gedateerd worden in de periode van de 14de - 16de eeuw.
De muurresten kunnen vermoedelijk gelinkt worden aan de 17de -eeuwse fase van het kapittelhuis.
Beschrijving:
De oudste sporen in proefput 4 zijn kuilen uit de 13de - 14de eeuw.
De ophogingslagen zijn samen met de paalkuilen te linken aan de periode van de 15de - 16de eeuw.
Het verbrande bouwmateriaal heeft waarschijnlijk te maken met stadsbranden in de 16de eeuw.
Beschrijving:
Vanaf de 14de eeuw een begraafplaats tot in de 19de eeuw, dit stemt overeen met de vondsten van de recentste fases van het kerkhof.
Beschrijving:
De oudste sporen betreffen twee kuilen en een greppel: 12de en 13de eeuw.
Vanaf de 14de eeuw een begraafplaats tot in de 19de eeuw, dit stemt overeen met de vondsten van de recentste fases van het kerkhof.
Is deel van
Historische stadskern van Ronse
Is gerelateerd aan
Watermolenstraat I
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: De Kleine Markt [online], https://id.erfgoed.net/waarnemingen/983703 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.