Het uitgevoerde landschappelijk bodemonderzoek wijst erop dat de huidige bodemopbouw, ondanks het grote reliëfverschil, gelijk is over het hele terrein. De bodemopbouw wordt samengevat als A1-A2-C1-C2, waarbij een ca. 0,35-0,40m dikke A-horizont op de tertiaire C-horizonten ligt. Verdere profielontwikkeling of goed bewaarde loopniveaus en/of bodemsequenties werden niet vastgesteld. De kans op het aantreffen van bewaarde in situ vindplaatsen van steentijd vondstenconcentraties wordt voor dit projectgebied laag ingeschat.
Het proefsleuvenonderzoek bracht geen relevante archeologisch sporen aan het licht. Er werden enkel grachten uit de Nieuwe en Nieuwste tijden aangetroffen. Deze sporen zijn te interpreteren als landindeling of waterafleiding. Recenter zijn er ook enkele grote zones met diepere ploegsporen en recente rechthoekige sporen. Tijdens het proefsleuvenonderzoek werden geen vondsten aangetroffen.
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: De Logi & Hoorne bvba