Binnen het plangebied werd naar aanleiding van een omgevingsvergunning voor de sloop van de bestaande bebouwing en de aanleg van twee nieuwe woonblokken een archeologisch vooronderzoek uitgevoerd.

Om inzicht te krijgen in de bodemopbouw werd eerst een landschappelijk bodemonderzoek uitgevoerd. Het terrein werd onderzocht door middel van 14 landschappelijke boringen. Op basis van de resultaten van het landschappelijk bodemonderzoek, bleek de kans op het aantreffen van nog goed bewaarde steentijd sites laag. De locatie van de gracht van het naburige Pluyseghem hof kon mogelijk wel vastgesteld worden. Vervolgens werd overgegaan tot de uitvoering van een gecombineerd proefsleuven- en proefputtenonderzoek. Tijdens het onderzoek werden 7 potentieel archeologisch relevante sporen geregistreerd. Het gaat om enkele greppelsegmenten, muurresten en uitbraaksporen. De greppels kunnen centraal in het plangebied gelinkt worden aan een perceelsgreppel en in het oosten aan de Pluyseghemgracht. De muurresten zijn afkomstig van bebouwing uit de nieuwe tijd. De sporen brachten geen vondstmateriaal op. Enkele losse vondsten van geglazuurd aardewerk dateren eveneens uit de nieuwe tijd.