Archeologisch onderzoek uitgevoerd tussen 2 april en 17 juli 2015 als vervolg op een proefsleuvenonderzoek uit 2014 door Gate Archaeology. Bij dit proefsleuveonderzoek stelde men achttien vindplaatsen vast met sporen uit de metaaltijden, Romeinse tijd, volle middeleeuwen, late middeleeuwen en Nieuwe tijd. De achttien vindplaatsen zijn bij de opgraving verder onderzocht. In totaal zijn er 76 werkputten aangelegd. Ze vonden er twee middeleeuwse waterputten, verschillende bouwstructuren – uit zowel de Late ijzertijd, Romeinse periode en de middeleeuwen. Voorts vonden ze ook zowel middeleeuwse als niet-dateerbare spiekers en bijgebouwen, en twee brandrestengraven – met al dan niet daarin kleine vondsten waaronder lokaal geproduceerde aardewerken fragmenten. Drie van deze vindplaatsen zijn geselecteerd vanwege het aanwezige potentieel voor paleo-ecologisch onderzoek.
Auteurs: Galle, Marit; Bakx, Ron; Mostert, Mirjam
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Beschrijving:
Op vindplaats 12 (structuur 14) herkende men bij het couperen een vierpalige structuur waarin 7 fragmenten handgevormd aardewerk, een microkling en een geretoucheerde afslag in matig fijnkorrelige grijze vuursteen met krijthoudende cortex werd aangetroffen. Hier zijn er ook twee houtskoolmonsters genomen.
Bij alle vier de sporen is een kern en een insteek herkend. De stand van de paalkernen is recht. Deze vierpalige structuur is waarschijnlijk een spieker. Er zijn geen andere structuren uit deze periode aangetroffen.
Op vindplaats 11 is een vierpalig bijgebouw aangetroffen. Aangezien de structuur zich in de alluviale vlakte situeert is een functie als hooiopslag een mogelijkheid.
Verschillende van de gevonden greppels en sporen komen uit de metaaltijden.
Beschrijving:
De onderzoekers vonden over het hele projectgebied meerdere greppels en paalkuilen.
Vindplaats 5:
-een aantal langwerpige kuilen gelinkt aan agrarische activiteiten (mogelijk vlasrootkuilen of kuilen voor hopteelt);
-aanwijzingen voor houtbouw;
-mogelijke potstal;
-bakstenen uit ten minste de 15de eeuw;
-tinnen knoop.
Vindplaats 6:
-greppelrij die mogelijk als een palissade kan worden geïnterpreteerd;
-(perceels)greppels;
-verschillende paalkuilen kunnen mogelijk als veekraal geïnterpreteerd worden.
Beschrijving:
De onderzoekers vonden verschillende greppels en ploegsporen verspreid over het projectgebied, waaronder 18de-eeuwse greppels. Vindplaats 2 leverde een leren schoenzool op (waarbij nagels waren gebruikt). Voorts vonden ze ook bouwkeramiek; zoals bijvoorbeeld baksteen en dakpannen op vindplaats 7. Tinnen borden zijn gevonden op vindplaats 5.
Beschrijving:
De onderzoekers vonden ploegsporen, granaatinslagen en granaatscherven (en een volledige granaat) uit de Eerste Wereldoorlog. Vindplaats 5 leverde een kuil op die mogelijk een beerput of waterput was. De gebruikte bakstenen zijn dezelfde als die van de eind 19de-eeuwse schuur.
Beschrijving:
Drie palenkoppels – in zowel lange als korte zijde – vormen de draagstructuur (structuur 11, vindplaats 6). Alle palen zijn vierkant tot rechthoekig van vorm met afgeronde hoeken. De afmetingen van de palen aan de korte zijde verschilt van die aan de lange zijnde. In drie paalkuilen zijn er een kern en insteek herkend.
Het dak bestond uit een schilddak. Bijzonder is dat er sprake is van een kruisvormige krachtenverdeling.
Tegen structuur 11 aan lagen twee 6-palige spiekers. Ook in de directe omgeving zijn nog sporen uit deze periode aanwezig. Er konden echter geen structuren in herkend worden.
De aanwezigheid van structuur 7 en 8 wijzen op ten minste twee bewoningskernen. Erven zijn niet herkend. Voor spoor 7 betreft het een schilddak waar sprake is van een kruisvormige krachtenverdeling. Structuur 7 leverde 133 scherven op (waar 35 verschillende exemplaren uit konden herkend). In structuur 8 vonden ze fragmenten aardewerk en handgevormde wandscherven.
Er zijn ook twee brandrestengraven gevonden (structuur 51, vindplaats 6 en structuur 52, vindplaats 9). Structuur 51 is een brandrestengraf uit de midden-Romeinse tijd. Hier werd één grafgift herkend, namelijk een (kook)pot of grote beker met S-vormig profiel en naar buiten staande, ongeprofileerde rand. Herkende houtsoorten zijn zolas els, berk, sierdoorn, en hazelaar, maar geen eik.
Structuur 52 is een brandrestengraf uit de late ijzertijd-midden Romeinse tijd. Hierin vonden ze een ijzeren spijker. Op basis van de vondst van de ijzeren nagel en de tijdens het vooronderzoek aangetroffen handgevormde scherven gaat het waarschijnlijk om een brandrestengraf. Gezien het gebrek aan crematieresten is het ook mogelijk dat het om een houtskoolmeiler gaat. Enkel eik is hier herkend. Beide brandrestengraven zijn rechthoekig van vorm, zijn beide gevallen is het graf in de coupe lensvormig en bestaan uit één vulling in donkergrijszwart, bruin gevlekt sterk zandige leem. In geen van beide is er crematiemateriaal aangetroffen.
Vindplaats 14 bracht een sesterius, een fibula en een zilveren knoop aan het licht. Vindplaatsen 2, 3, 4 leverde houtskoolmeilers op. Op vindplaats 6 zijn er drie plattegronden gevonden. Het betreft een hoofdgebouw en twee bijgebouwen.
Beschrijving:
De onderzoekers troffen vijf vuursteenartefacten aan, waarvan twee een werktuig zijn: een pijlpunt en een geretoucheerde afslag. De overige artefacten betreffen een kernvernieuwingsafslag, een afslag en een (micro-)kling. De driehoekige pijlpunt gevonden op vindplaats 12, dateert waarschijnlijk uit het middenneolithicum.
Er zijn twee vuursteenartefacten aangetroffen in structuur 39. Het gaat om een niet bewerkte brokstuk en een afslag- of kernfragment. Windlak, uitgesproken kleurpatina’s, vorstscheuren en cryoturbatieretouches wijzen eerder op een vroeg/midden-paleolithische ouderdom.
Vindplaats 6 leverde opnieuw vijf vuursteenartefacten op. Hiervan zijn er vier te classificeren als werktuig en één als kern. Daarvan behoren er twee tot bijlbewapening, oftewel uit het mesolithicum (als Tardenoisspits) of als vroegmesolithicum (spits).
Naast vuursteenartefacten troffen ze op vindplaats 6 nog enkele natuurstenen sporen van menselijke gebruik en/of bewerking aan. Zo is er een klein fragment van een slijpsteen aanwezig van een fijnkorrelige ijzerhoudende zandsteen. Een andere slijpsteen is van basalt. Verder is er een maalsteenfragment van arkose aangetroffen. De dertien fragmenten van vesiculaire basalt of basaltlava zijn zeer waarschijnlijk ook afkomstig van maalstenen.
Beschrijving:
Onder meer op vindplaats 14 werden er 11 tegulae gevonden.
Beschrijving:
Op vindplaats 2 is een structuur herkend (structuur 1) waarvan de draagconstructie bestaat uit twee rijen palen, met overliggende palenkoepel. Dicht bij de hoofdgebouwen structuren 6 en 16. Structuur 2 heeft ten oosten en ten westen structuren uit de volle middeleeuwen.
In structuren 1, 2 ,3 ,9 en 10 vonden ze lokaal geproduceerd grijs aardewerk. In structuren 1 en 2 zijn dat zowel handgevormd als gedraaid aardewerk.
Op vindplaats 6 is er een plattegrond gevonden, die waarschijnlijk een kernconstructie van een gebouw van het hallenhuistype heeft gevormd waarvan een groot deel van de wandpalen ontbreken.
Er zijn meerdere greppels gevonden. De ploegsporen (vindplaats 14) oversnijden de Romeinse sporen. Strijkglazen gevonden op vindplaats 1. Vindplaats 2 leverde enkele kogelpotten op, waarvan verschillende versierd zijn met radstempelversiering.
Is gerelateerd aan
Bedrijventerrein Noord-Oost
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Krommebeek [online], https://id.erfgoed.net/waarnemingen/984153 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.