Er werden 11 sporen geregistreerd. 

Slechts zes sporen konden met zekerheid in de late bronstijd/vroege ijzertijd worden gedateerd. Het betreft twee kuilen, waarvan één waterkuil, en vier paalsporen die tot een spieker behoren. Het aardewerk van beide kuilen vormt een coherent geheel. Het vondstmateriaal dateert de kuilen in de vroege ijzertijd. Er werd een bulkstaal genomen uit laag 2 en laag 5 van de waterkuil. Na waardering bleek geen van de stalen in aanmerking te komen voor macrorestenonderzoek. Ook het pollenstaal bleek na waardering niet bruikbaar voor verdere analyse.

Uit twee van de paalsporen werd een bulkstaal verzameld. Na waardering bleek enkel een staal bruikbaar voor een 14C-datering. Deze leverde een datering van 918-810 cal BC op.

De sporen uit de nieuwe tijd omvatten 3 paalsporen en een greppelfragment.