Naar aanleiding van rioleringswerken werd een strook in het tracé van de Posteernestraat archeologisch onderzocht. De oudste sporen van menselijke aanwezigheid hier stammen uit de late ijzertijd, uit welke periode verschillende aardewerkrijke afvalpakketten werden gerecupereerd. De opgravingsput stond bovendien haaks op het tracé van een middeleeuwse wal en muur. Van de Posteernepoort en de gracht werden restanten aangetroffen. De gracht bleek opgevuld met verschillende vullings- en dempingspakketten die afval uit de late middeleeuwen bevatte. Ook funderingsresten van de laat-middeleeuwse gebouwen ten westen van de stadsmuur werden aangetroffen.
Bron: Stoops G., De Mulder G., Berkers M., Mikkelsen J. en Vermeiren G. 2017: "De Posteernestraat: voor- en nageschiedenis van een doorgang in de middeleeuwse stadsmuur." Overdruk uit: Gentse geschiedenissen ofte, nieuwe historiën uit de oudheid der stad en illustere plaatsen omtrent Gent, p. 93-108. Literatuur ()
Beschrijving: Antropogene cultuurlaag aangerijkt met organisch materiaal en waarop afvalpakketten zijn waargenomen. Dit afval bestaat voornamelijk uit scherven fijn- en grofwandig handgevormd aardewerk uit de vroege La Tène-periode. Verder werd ook één spinschijfje gevonden.
Bron: Stoops G., De Mulder G., Berkers M., Mikkelsen J. en Vermeiren G. 2017: "De Posteernestraat: voor- en nageschiedenis van een doorgang in de middeleeuwse stadsmuur." Overdruk uit: Gentse geschiedenissen ofte, nieuwe historiën uit de oudheid der stad en illustere plaatsen omtrent Gent, p. 93-108. Literatuur ()
Beschrijving: Aanlegsleuf van de middeleeuwse stadsmuur en de stadswal waren zichtbaar, alsook resten van de fundering van de Posteernepoort in Doornikse kalksteen. Ten westen van de muurrechten werd de stadsgracht aangesneden, opgevuld met verschillende vullingspakketten, onder andere ten gevolge van de accumulatie van afval. Dit afval bestaat voornamelijk uit scherven van grijs, rood en hoogversierd aardewerk, evenals bijna-steengoed, te dateren in het laatste kwart van de 13de eeuw. Ook jongere (dempings)lagen bevatten veel organisch materiaal en aardewerk. Daarnaast werden ook restanten van een bakstenen fundering vastgesteld, vermoedelijk gelinkt aan de bouw van het Hof van Vlaanderen in de 14de eeuw.