Tijdens het proefsleuvenonderzoek werden 39 relevante archeologische sporen aangetroffen. Het betreft 22 kuilen, 6 paalkuilen, 3 grachten en 5 greppels. Het overgrote deel van deze sporen komt voor als een cluster in het oosten van het projectgebied. Mogelijk vormen deze een gebouw met omliggende kuilen en greppels. Het fragmentair aangetroffen aardewerk is te dateren van de volle middeleeuwen tot en met de postmiddeleeuwen met een focus op de late middeleeuwen. Daarnaast konden enkele grachten via projectie op historisch kaartmateriaal geïdentificeerd worden als 19de-eeuwse perceelsgrachten. Op basis van het aangetroffen aardewerk gaan deze mogelijk terug tot in de late middeleeuwen.
De aangetroffen archeologische site wordt na het vooronderzoek in situ behouden en zal bij de geplande werken niet worden verstoord.
Auteurs: Polfliet, Bruno
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Beschrijving:
Grachten en greppels die op basis van hun ligging ten opzichte van huidige en historische perceelsgrenzen als perceelsgreppels kunnen worden geïdentificeerd. Cluster van kuilen die laat- en postmiddeleeuws aardewerk bevatten. Rij van paalkuilen die mogelijks deel uitmaakten van een gebouw. Afgaande op de vondsten van grijs en roodbakkend aardewerk worden de sporen gedateerd in de late middeleeuwen en postmiddeleeuwse periode.