Tijdens een vooronderzoek met ingreep in de bodem aan de hand van proefsleuven zijn acht sporen aangetroffen en geregistreerd. Hiertoe behoren drie 19de-20ste-eeuwse muren, een ophogingslaag/bouwvoor, en twee laatmiddeleeuwse kuilen. Op basis van vorm en vulling betreft één van deze kuilen vermoedelijk een laatmiddeleeuwse ontginningskuil. Hierin werd grijs gedraaid aardewerk en rood geglazuurd aardewerk aangetroffen (14de-15de eeuw). De muren zijn op basis van vondsten en stratigrafie te relateren aan 19de- of 20ste-eeuwse historische bebouwing, voorafgaand aan de recentere 20ste-eeuwse bebouwing. Voor deze periode staat de historische bebouwing echter reeds goed aangeduid op het historisch kaartmateriaal. Verder kwamen er verschillende recente, antropogene verstoringen aan het licht. Deze recente ingrepen, ook duidelijk in de aanwezigheid van veel nutsputten en kelders, blijkt ook heel wat verstoring met zich mee gebracht te hebben, waardoor oudere resten van (pre-19de-eeuwse) historische bebouwing mogelijks verdwenen zijn.