Bij de aanleg van nieuwe nutsleidingen werden op het kruispunt van de Ieperstraat (N332) met de Bourgognestraat in Zonnebeke menselijke resten aangetroffen.
Uit het archeologisch terreinonderzoek bleek het te gaan om een granaattrechter waarin vier gesneuvelden werden aangetroffen. Het betrof vier Duitsers die met weinig zorg of rituelen in de inslagkuil gedeponeerd werden.
Een deel van de context werd door de werken in uitvoering grondig verstoord, waardoor niet alle vondsten en aangetroffen botmateriaal aan een specifiek individu konden worden toegewezen. De archeologische vondsten en de fysisch-antropologische data lieten niet toe de gesneuvelden te identificeren. Het gaat om Duitse militairen die tijdens de Derde Slag om Ieper, in de zomer van 1917, om het leven kwamen.
De analoge en digitale registratie en documentatie worden bewaard in het archief van het agentschap Onroerend Erfgoed. Zoals het protocol bij WOI gesneuvelden voorschrijft, werden de menselijke resten en bijvondsten na het onderzoek door het agentschap overgedragen aan de politie Arro Ieper die het archeologisch ensemble in zijn geheel verder overdroeg aan de dienst Oorlogsgraven van het Belgisch leger. Het Belgisch leger droeg het ensemble vervolgens over aan de bevoegde oorlogsdienst, de Volksbund Deutsche Kriegsgräberfürsorge.