waarneming

Molendreef

archeologisch element
ID
984359
URI
https://id.erfgoed.net/waarnemingen/984359

Beschrijving

Tijdens het proefsleuvenonderzoek werd slechts een beperkt aantal vondsten aangetroffen. Het gaat om de vondstcategorieën aardewerk en natuursteen.

In totaal werden 12 spoornummers uitgedeeld. Hiertoe behoren kuilen, grachten/greppels, een laag, een ploegspoor, een recent spoor en natuurlijke verstoringen.

Binnen zone 1 kwamen slechts twee sporen aan het licht. Eén daarvan betrof een greppel welke niet doorliep in de andere sleuven. Het andere spoor betreft een matig bewaarde kuil. Beiden leverden geen dateerbaar vondstmateriaal op. Bovendien waren de eolische dekzanden binnen dit deelgebied nog maar beperkt aanwezig. Vnl. richting het zuiden, kwamen de Tertiaire zanden al rechtstreeks onder de ploeglagen voor. Hierdoor wordt ook niet verwacht dat er buiten de reeds aangelegde sleuven nog archeologische sporen met een goede bewaring aanwezig zijn. Verder is het aantal reeds aangetroffen sporen eerder beperkt en is er slechts sprake van een matige bewaring.

Bij zone 2 zijn slechts drie sporen die hier werden aangetroffen archeologisch relevant. Eén daarvan betreft een gracht welke vermoedelijk niet ouder is dan de nieuwe tijden. De gracht liep bovendien niet verder in de andere sleuven en leverde geen vondstmateriaal op. Verder twee kuilen uit de ijzertijd – vroeg-Romeinse periode, waarvan één handgevormd aardewerk en natuursteen opleverde. Ook in zone 3 kwam er slechts één greppel aan het licht. Vanwege het gebrek aan vondstmateriaal is er geen duidelijke datering voorhanden. De vulling doet wel eerder een datering in de nieuwe tijden vermoeden. Mogelijk betreft het een spoor voor afwatering of interne indeling binnen dit perceel.


Auteurs: Pepermans, Jeska
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)

Greppels en gracht (nieuwe tijden)

Datering: nieuwe tijd, nieuwste tijd
Typologie: afwateringsgreppels, bouwmaterialen, grachten (infrastructuur), greppels, kuilen
Materiaal: aardewerk, houtskool
Gebeurtenis:

Beschrijving:
In zone 1 kwamen er enkel in het noorden twee sporen aan het licht. Het eerste betreft hierbij een restant van een kuil met een 25cm dikke vulling en enkele houtskoolspikkels. Het tweede kan geïnterpreteerd worden als greppel (130cm breed) en heeft een sterk humeuze, komvormige vulling met een diepte van 20cm. In zone 3 werd slechts één greppel aangesneden. De greppel heeft een sterk humeuze, 25cm dikke vulling van 120cm breed. Bovenaan is sterke doorploeging zichtbaar. Er werden geen vondsten aangetroffen in de greppel. Hierdoor zijn er geen uitspraken te doen omtrent eventuele datering, al wordt op basis van de vulling vermoed dat deze te situeren valt in de nieuwe tijden. De greppels zijn niet in verband te brengen met de huidige perceelsgrenzen of de perceelsgrenzen zoals aanwezig op 18de- en 19de-eeuws kaartmateriaal. Mogelijk zijn de greppels restanten van indelingen binnen een perceel, afwatering of beddenbouw.
Er kwam een 35cm diepe bewaarde gracht van 200cm breed aan het licht, welke niet doorliep in de andere sleuven richting het oosten. Het spoor heeft een komvormige, sterk
gevlekte vulling, doch is strak afgelijnd en steekt goed af ten opzichte van de moederbodem. In de vulling bevinden zich enkele baksteenbrokjes. Verder leverde de gracht geen vondstmateriaal op, echter op basis van vorm, vulling en inclusies wordt vermoed dat het spoor niet ouder is dan de nieuwe tijden. Op historisch kaartmateriaal uit de 18de en 19de eeuw komt de gracht niet overeen met oude perceelsgrenzen. Mogelijk gaat het om interne indeling van percelen.

Kuilen (ijzertijd-vroeg-Romeins)

Datering: ijzertijd, Vroeg-Romeinse tijd
Typologie: ambachtelijke objecten, indicaties voor metaalbewerking, kuilen
Materiaal: aardewerk, houtskool, ijzerzandsteen, kwarts, natuursteen, uitvloeiingsgesteente, zandsteen
Gebeurtenis:

Beschrijving:
Er werden twee redelijk omvangrijke kuilen (275x200cm en 204cm) aangetroffen met gelijkaardige ovale vorm en vullingen. In beide sporen zijn er twee lagen te onderscheiden: bovenaan een bruine laag met weinig houtskoolspikkels, onderaan een bruingrijze laag met vrij veel houtskoolspikkels, enkele houtskoollenzen en beperkte verbrande leeminclusies. De kuilen zijn komvormig met een vlakke onderzijde. Ze hebben dieptes van respectievelijk ca. 50 en 35cm. Een kuil leverde tevens verschillende fragmenten
handgevormd aardewerk uit de IJzertijd – vroeg-Romeinse periode en natuurlijke gesteenten op. De andere kuil bevatte geen vondstmateriaal.
Onder het aardewerk bevinden zich bodem- en wandscherven (n=21) in handgevormd aardewerk van minstens twee verschillende individuen. Het gaat om grofwandig aardewerk met o.a. chamotteverschraling. Een zestal fragmenten vertonen sporen van verhitting langs de buitenzijde. Op basis van het aardewerk is het spoor te dateren in de IJzertijd – vroeg-Romeinse periode.
Verder werd er 2,25 kg ijzerzandsteen (n=3), 1,1 kg zandsteenconglomeraat met kwartskeitjes (n=2) en 950 g tefriet/basaltlava (n=3) gerecupereerd. De ijzerzandsteen komt lokaal voor in de Diestiaanafzettingen binnen het plangebied. De conglomeraatfragmenten zijn allicht van elders afkomstig. De dichtstbijzijnde herkomstgebieden van zuidelijke conglomeraten zijn te situeren in Zuid-Limburg (Nederland) en in Zuid-België – Noord-Frankrijk. Ook het vulkanische tefriet/basaltlava is geïmporteerd, vermoedelijk vanuit het Eiffelland. Deze laatste kent vaak een toepassing als maalsteen, al is de precieze functie van de fragmenten niet meer te achterhalen door de sterke verwering. De vroegste gekende toepassing van ijzerzandsteen als bouwmateriaal is te situeren in de Romeinse tijd, al is dit gebruik pas meer courant vanaf de middeleeuwen. Mogelijk gaat het, gezien de datering van het spoor in de IJzertijd – vroeg-Romeinse periode, dan ook eerder om fragmenten die in de vullingen zijn terecht gekomen via vergravingen in onderliggende afzettingen van de Formatie van Diest, welke hier ondiep voorkomen, of werd de ijzerzandsteen omwille van het hoog ijzergehalte ingewonnen voor gebruik als ijzererts.
Mogelijk zijn de aangetroffen vondsten dan ook een indicatie voor metallurgische activiteiten, alhoewel er geen metaalslak werd aangetroffen, een restproduct van metaalproductie.

Recent stookafval

Datering: nieuwste tijd
Typologie: kuilen, onderdelen van gebouwen en structuren, voertuigonderdelen
Materiaal: houtskool, metaal, vezelproduct
Gebeurtenis:

Beschrijving:
Verder werd aan een kuil een spoornummer uitgedeeld omwille van de sterk houtskoolrijke vulling, het gaat echter om recent stookafval, zoals blijkt uit de scherpe aflijning en de gecorrodeerde restanten van ijzerdraad, een fietsdynamo en isolatievezels.

Sub-recent ploegspoor

Datering: nieuwe tijd, nieuwste tijd
Typologie: ploegsporen
Gebeurtenis:

Beschrijving:
Eén langwerpig spoor dat zich aftekende in het vlak is op basis van de duidelijke doorploeging zichtbaar in het putwandprofiel te interpreteren als een sub-recent ploegspoor. Dergelijke landbouwsporen werden ook elders in het deelgebied aangetroffen tijdens de aanleg van het vlak, en kregen niet consequent een spoornummer vanwege het gebrek aan archeologische relevantie.


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Molendreef [online], https://id.erfgoed.net/waarnemingen/984359 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.