omvat de aanduiding als gebied geen archeologie, gewestelijk Gebied 10113
Deze aanduiding is geldig sinds
Dit vooronderzoek kende een landschappelijk bodemonderzoek en het proefsleuvenonderzoek. Er waren 5 proefsleuven en twee kijkvensters. Van boven op het terplichaam werden nog laatmiddeleeuwse funderingsresten aangetroffen en uitbraaksporen die ermee geassocieerd kunnen worden. Qua periodisering kan op basis van het vondstenmateriaal met zekerheid worden gesteld dat er een fasering aanwezig is van de sporen gaande van de middeleeuwen tot en met de nieuwste tijd. Het voornaamste deel dient echter gesitueerd te worden in vroeg- tot laatmiddeleeuwse periode.
Auteurs: Lambrecht, Matthias
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)