is aangeduid als gebied geen archeologie, gewestelijk Gebied 15309
Deze aanduiding is geldig sinds
is aangeduid als gebied geen archeologie, gewestelijk Gebied 15312
Deze aanduiding is geldig sinds
De uitgevoerde opgraving is gesitueerd ter hoogte van de centrale zone en een oostelijke ambachtelijke wijk van de vicus van Grobbendonk, een belangrijke Romeinse nederzetting.
In de oostelijke zone werden resten aangetroffen die teruggaan tot de midden- en late ijzertijd. Het gaat om hoofdgebouwen en spiekers.
Langs een oost-west georiënteerde weg verscheen in de 1ste en 2de eeuw bebouwing. Het vermoedelijk oudste gebouw uit de Romeinse tijd bevindt zich net ten zuidwesten van de straat en is een gebouw op houten liggers. We vermoeden hiervan een datering in de 1ste eeuw. In de 2de eeuw zien we 3 houten gebouwen ten zuiden van de oost-west straat verschijnen, die met de korte zijde naar de straat toe gericht zijn. Ten noorden van de weg, tegenover de drie vermelde gebouwen, verschijnt een gebouw dat parallel aan de weg ligt. Het is deels voorzien van poeren in limoniet. Gezien de toepassing van limoniet funderingen in het centrum van de vicus al verschijnt aan het begin van de 2de eeuw, is het goed mogelijk dat dit gebouw gelijktijdig is aan de gebouwen in houtbouw ten zuiden van de weg.
Verder vermelden we in dit kader graag ook de resten van de funderingen van een tempel in limoniet en van een kelder met drainagekuil, eveneens uitgevoerd in limoniet. Deze structuren bevinden zich in het westen van het onderzochte terrein, ter hoogte van zone 1.
Van enkele kleine bijgebouwen zijn de palen erg dicht bij elkaar gezet zijn. Hun interpretatie is momenteel onduidelijk. Omdat ze allemaal Romeins vondstmateriaal opleverden, kunnen we besluiten dat ze dateren in de Romeinse tijd of in de vroege middeleeuwen. Ze komen op andere plaatsten in de 2 periodes voor.
Rondom de weg strekte zich verder ook een belangrijke ambachtelijke zone uit, die in de 2de eeuw onder meer een duidelijke pottenbakkersnijverheid vertoonde, met acht pottenbakkersovens. Daarnaast wijzen metaalslakken in ovens, maar ook algemeen verspreid in de sporen van het opgravingsgebied op metaalbewerking. Een houten spindel en een aardewerken spinschijfje wijzen op textielproductie.
Aan de rand van het onderzoeksgebied bevindt zich een indrukwekkende steenbouwstructuur is de precieze interpretatie nog niet volledig duidelijk. Het zuidelijke deel van de structuur ligt bovenop de oost-west weg. Dit lijkt aan te geven dat het gebouw opgericht is tijdens de laatste fase van de weg of na het buiten gebruik raken van de weg. Gezien het grondplan onvolledig is kon er nog geen interpretatie gevonden worden voor dit gebouw.
Het westen van het onderzoeksgebied bleek jammer genoeg sterker verstoord dan voorafgaand gedacht was, maar leverde wel nog enkele bijzondere vondsten op, zoals de resten van een kelder in steenbouw met een drainagesysteem.
Verschillende bijzondere vondsten kwamen tijdens het onderzoek aan het licht, die tot nog toe maar weinig gevonden worden op andere Romeinse vindplaatsen. Een ijzeren pan met inklapbare steel zou kunnen wijzen op militaire aanwezigheid of een ex-militair die er passeerde of zich vestigde.
Bijzonder zijn ook fragmenten van een wierrookkelk, een lamp, schoenen, een lakzegeldoosje, mogelijke resten van meubilair, een fragment van een masker en een zoutpijlertje.
Al deze elementen onderstrepen het economische belang van de vicus van Grobbendonk.
Het archeologisch archief kent nog veel potentieel voor verder onderzoek, zoals een gedetailleerde studie van de aangetroffen vondsten, oa. de muntcollectie, de juwelen of een studie van de fabrics van het lokaal geproduceerd aardewerk, of een doorgedreven studie van spoorcategorieën zoals de diepe kuilen om te achterhalen of het nu waterputten, beerputten of nog iets anders zijn.
Auteurs: Reyns, Natasja
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Beschrijving:
Bij het metaaldetectie-onderzoek tijdens deze ogpraving zijn honderden metaalvondsten gerecupereerd
Eén ervan is een uitzonderlijke Romeinse verzilverde of vertinde bliksemfibula met een ingeponste tekst [VENIOCV]
Het gaat om een latijnse liefdestekst [VENI OCU[LE] of "Kom, oogje (oogappeltje)" of "Kom, mijn liefste".