Tijdens het landschappelijk bodemonderzoek kon de kartering op de bodemkaart van zandleemgronden zonder profielontwikkeling of met een verbrokkelde textuur B-horizont niet bevestigd worden op basis van de resultaten. Er werd onder een dikke Ap-horizont met een sterke antropogene invloed in de vorm van op – of aangevoerde grond, een C-horizont aangeduid. Op enkele locaties werden onduidelijke kenmerken van een Bbi- of E-horizont zonder B-horizont aangeduid. Op basis van de boringen bleek het onmogelijk om met zekerheid hierover uitspraken te doen. Daarom werd besloten om eerst een proefsleuvenonderzoek uit te voeren, met extra aandacht voor de bodemopbouw, om op basis daarvan eventueel nog een zone voor verder onderzoek naar steentijdsites af te bakenen.

Het proefsleuvenonderzoek heeft zowel bewoningssporen als funeraire sporen opgeleverd. In het noordwestelijk deel gaat het om een kringgreppel van een grafmonument, een brandrestengraf en sporen van bewoning. In het centrale westelijke deel zijn enkele clusters met kuilen gevonden, die mogelijk wijzen op artisanale activiteiten. In het zuidelijk deel zijn diverse paalsporen en kuilen aanwezig. Structuren zijn nog niet herkend, maar het is duidelijk dat er activiteiten hebben plaatsgevonden in het verleden.

De aard van de sporen en de sterke variatie in opvulling wijst op activiteiten in verschillende perioden. Dit kan echter nog niet bevestigd worden, aangezien er geen vondsten in de sporen zijn aangetroffen, die ze kunnen dateren. De sporen werden steeds pas zichtbaar onder de antropogene laag, die in relatie staat tot de bolle akkers. Daarmee dateren ze op zijn laatst uit de late middeleeuwen, van voor de 15de eeuw. Gezien de matige uitloging bij diverse sporen is een datering in de Romeinse periode of metaaltijden eerder aangewezen. Voor de kringgreppel is een datering in de bronstijd waarschijnlijk. De bestudeerde profielen toonden aan dat in het zuidoostelijk deel van het terrein een intacte bodem aanwezig was, met een goed bewaarde E-horizont. Voor deze zone was een hoge verwachting voor sites uit de steentijd, al werd tijdens het proefsleuvenonderzoek in deze zone geen vuursteen aangetroffen. In deze zone is vervolgens nog een verkennend archeologisch booronderzoek uitgevoerd. Er werd echter geen vuursteen aangetroffen in de boringen, wat het waarschijnlijk maakt dat er geen site uit de steentijd aanwezig is in deze zone.