De resultaten van het landschappelijk bodemonderzoek tonen aan dat de verwachtingen op basis van de bodemkaart correct zijn. De bewaringstoestand van het bodemarchief is voldoende goed om nog relevante archeologische sporen te kunnen aantreffen op het terrein. Het potentieel op een goed bewaarde steentijd artefactensite wordt voor het onderzoeksgebied slechts laag ingeschat op basis van het uitgevoerde landschappelijke booronderzoek.

De resultaten van het proefsleuvenonderzoek doen besluiten dat op het terrein geen waardevolle archeologische vindplaats aanwezig is. In totaal werden 90 sporen geregistreerd, waarvan vijf paalsporen, 35 kuilen, één historische weg, vier sporen afkomstig van historische bebouwing, 27 greppels, één gracht, zeven spoornummers gerelateerd aan ploegsporen, zeven verstoringen en drie natuurlijke sporen. Ze bevonden zich verspreid over het volledige terrein.

Er zijn enkel archeologische sporen aanwezig uit de late middeleeuwen tot de nieuwste tijd. Ze zijn te interpreteren als resten van historische bebouwing, landindeling, afwatering, ontbossing en recente verstoringen. De sporen van historische bebouwing kennen een slechte bewaring, waardoor de kenniswinst van een archeologische opgraving ten opzichte van wat we weten na uitvoering van het proefsleuvenonderzoek zeer beperkt zal zijn.