waarneming

Pannestraat 43A-46

archeologisch element
ID
988459
URI
https://id.erfgoed.net/waarnemingen/988459

Beschrijving

Op basis van de morfologische kenmerken van de sporen en het vondstmateriaal kan de site onderverdeeld worden in twee grote zones.

Westelijke zone

In het westen werden verschillende sporen aangesneden die gedateerd konden worden in de Romeinse periode. De sporen bevonden zich in de gelaagde zandige natuurlijke bodem. Naast een aantal kuiltjes werden ook drie greppelsegmenten aangetroffen die ouder zijn dan de stadsgrachten. In de vulling van S12002 werd een fragment Romeins aardewerk opgemerkt. Ook uit kuiltje S11002 werd aardewerk ingezameld dat de sporen in deze periode plaatst. De zandige stabiele bodem waarin deze sporen zich bevonden, werd afgedekt door een lichtgrijze kleiige zandlaag (S1004) die als oude bouwvoor geïnterpreteerd werd. Deze laag bevatte verschillende aardewerkfragmenten die alle in de Romeinse periode gedateerd konden worden. Boven deze oude (Romeinse) bouwvoor bevonden zich verschillende dikke ophogingspakketten. De oude bouwvoor die de Romeinse sporen afdekt werd opgemerkt in WP1 en WP11-14. In het uiterste westen van het onderzoeksterrein is bijgevolg een 
intact Romeins niveau aanwezig dat niet vergraven werd tijdens de aanleg van de (post-)middeleeuwse stadsversterkingen. Mogelijk heeft het opwerpen van de aarden wal van het ravelijn voor een betere bewaring van de oudere sporen gezorgd.

Centrale zone

Centraal binnen het plangebied werden verschillende grote grachten aangesneden. In het westen bevond zich een eerste brede en diepe gracht (S1005). Binnen de grachtvulling waren verschillende dempingspakketten te onderscheiden. Waarschijnlijk werd deze gracht in een latere periode 
heruitgegraven. Uit de vulling van de gracht werd een fragment van een roodgebakken wandscherf uit de late middeleeuwen ingezameld. Op een dieper niveau bevond zich een oudere grachtfase (S1007), die eveneens in de (late?) middeleeuwen gedateerd kon worden. Verder naar het oosten bevond zich nog een grote en brede gracht (S1006). In tegenstelling tot de middeleeuwse grachten, bevatte dit spoor veel puinafval. Op basis van de vulling en het historisch kaartmateriaal zou het hier eerder om een postmiddeleeuwse gracht gaan.

De grachten kunnen in verband gebracht worden met de gebastioneerde Vaubanversterking die in 1699 aangelegd werd. Op het Plan van de stadt Veurne uit 1733 is te zien dat het plangebied gelegen is ter hoogte van het noordelijke ravelijn met ravelijngracht, gedekte weg van de omwalling en de bovenwal. Op de Atlas der Buurtwegen (1843-1845) zijn de versterkingen reeds afgebroken. In het landschap zijn echter wel nog verschillende restanten zichtbaar die doen herinneren aan de vestingwal. Zo volgen de nog aanwezige grachten het verloop van de voorgaande Vauban-versterking, deze grachten vormen de restanten van de laatste fase van de ravelijngracht. De grachten die aangesneden werden tijdens het proefsleuvenonderzoek volgens eveneens het verloop van deze oude ravelijngracht. Ook de hoogteverschillen die binnen het plangebied aanwezig zijn, doen nog denken aan de voormalige vestingwal. De hoger gelegen zones zijn restanten van de omwalling van de oude noord ravelijn. Daarnaast werden op het terrein verschillende depressies opgemerkt in het landschap die op het Digitaal Hoogtemodel mooi samenvallen met de uitgravingen van de voormalige ravelijngracht.

Uit de dieperliggende bodemlagen (thv. de grachten) was duidelijk op te maken dat deze zone onderhevig geweest is aan grote overstromingen (kleiafzettingen) en periodieke doorbraken (lagen met fijne zandbandjes) afgewisseld met rustigere periodes waarin veenpakketten groeiden. Voorafgaand aan het aanleggen van de grachten was er met andere woorden sprake van een dynamisch landschap. Deze woelige periodes werden afgewisseld door rustigere en stabielere fases tijdens de Romeinse tijd (cfr. oude bouwvoor S1004). Op een diepte van ca. 2 m onder het maaiveld bevond zich in het uiterste westen een niveau van witgrijs natuurlijk zand. Dit gelaagde zandige pakket werd vermoedelijk afgezet door getijdenwerking in een periode dat het landschap zeer dynamisch was en regelmatig overstroomde. Zo bevonden zich onder de laatmiddeleeuwse gracht (S1005) verschillende veenlagen en enkele klei- en zandlagen. Op een gegeven moment lijkt het veen te zijn weggeslagen tijdens een overstroming door een vermoedelijke geul, S1003. Deze bestond uit een afwisseling van zandige afzettingen en klei. De postmiddeleeuwse gracht (S1006) doorsneed ook verschillende venige lagen die duidden op een stabiele periode binnen het eerder dynamische landschap.

Oostelijke zone 

In de oostelijke zone van het plangebied werden verschillende werkputten aangelegd om de ophoging over het terrein beter in beeld te kunnen brengen. Uit de profielen die gedocumenteerd werden in de verschillende werkputten bleek dat het terrein rondom de bestaande gebouwen fors opgehoogd werd. De dikke ophogingspakketten kunnen mogelijk gekoppeld worden aan de demping van de vestinggrachten aan het einde van de 19de– begin 20ste eeuw om het terrein bouwrijp te maken. In deze zone werden geen concrete/relevante grondsporen of structuren aangetroffen. Onder de ophogingspakketten kunnen mogelijk nog intacte relevante archeologische niveaus aanwezig zijn. Dit kon echter niet verder onderzocht worden omwille van veiligheidsredenen (opkomend grondwater en inkalvende putwanden). Indien onder de ophogingspakketten nog relevante archeologische sporen aanwezig zouden zijn, bevinden deze zich op diepte van meer dan 2m onder het maaiveld. 


Auteurs: De Witte, Ann-Sophie
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: BAAC Vlaanderen bvba

Ophogingslagen

Datering: nieuwste tijd
Typologie: ophogingslagen
Context: veenafzettingen
Gebeurtenis:

Romeinse sporen

Datering: Romeinse tijd
Typologie: cultuurlagen, greppels, kuilen, vaatwerk
Context: veenafzettingen
Materiaal: aardewerk
Gebeurtenis:

Vaubanversterking

Datering: vierde kwart 17de eeuw
Typologie: grachten (verdedigingselementen), Vaubanvestingen
Context: veenafzettingen
Materiaal: aardewerk
Gebeurtenis:

Relaties

  • Is deel van
    Historische stadskern van Veurne


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Pannestraat 43A-46 [online], https://id.erfgoed.net/waarnemingen/988459 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.