Bij het archeologisch vooronderzoek in de Sint-Gummaruskerk werden ophogingspakketten, muren, een vloer en begravingen aangetroffen. Het muurwerk behoort enerzijds toe aan de funderingen van de gotische bouwfase. Anderzijds is muurwerk gevonden dat uit een oudere fase dateert, waarschijnlijk de gekende Romaanse voorganger van de kerk.
In verschillende werkputten werd Romaans muurwerk aangetroffen. Op basis van gekende Romaanse kerkplattegronden kan een hypothetische plattegrond voorgesteld worden voor de Sint-Gummaruskerk. Het zou gaan om een drieschepige kruisplattegrond met koor in het oosten en een mogelijke toren in het westen. Elementen van deze Romaanse kerk moeten nog aanwezig zijn geweest tot de bouw van het middenschip van de gotische kerk in het midden van de 15de eeuw. Mogelijk waren toen al gotische elementen toegevoegd zoals we ook zien bij andere laat-Romaanse kerken in Brabant zoals bijvoorbeeld de Sint-Medarduskerk te Nijvel (1184), Sint-Jacob te Leuven (1225) en Sint-Germanus te Tienen (1200). Vanaf de tweede helft van de 14de eeuw echter komt de Brabantse gotiek tot bloei. Die beklemtoont een gevoel voor ruimte, licht en verticaliteit dat niet te vereenzelvigen viel met de bestaande Romaanse kerken. Dit verklaart wellicht waarom er van de Sint-Gummaruskerk enkel funderingen zijn overgebleven.
Naast muurresten uit de oudste kerkfasen zijn ook restanten aangetroffen die toe te schrijven zijn aan de funderingen van de bestaande gotische kerk. Op basis van de beperkte data kan geconcludeerd worden dat de funderingen van de gotische kerk niet volgens een uniform plan zijn aangelegd. Dit hangt waarschijnlijk samen met de lange bouwperiode van de kerk waarbij aanvankelijk de westtoren werd gebouwd en daarna -in verschillende fasen- de rest van de kerk.
Op drie verschillende plaatsen werden menselijke resten in situ gevonden. Binnen de kerk werden 9 kistbegravingen met een W-O oriëntatie aangetroffen, verspreid over de verschillende proefputten. In het hoogkoor werden een grafkelder en een kistbegraving aangesneden. Opmerkelijk aan de grafkelder zijn de aangebrachte muurschilderingen. Het betreft een rood kruismotief op witte bepleisterde achtergrond, dit op elke zijde van de grafkelder. Het baksteen- en mortelgebruik dateren deze voorlopig in de 17de tot 18de eeuw. Op basis van de resultaten van het uitgevoerde archiefonderzoek betreft het waarschijnlijk de grafkelder van Geeraerdt van Brouckhoeven (+1638) en zijn vrouw. Historische bronnen vermelden dat de grafkelder in 1742 gerestaureerd werd zodat Marchio de Russi kon worden bijgezet. Ten oosten van de grafkamer werden nog resten aangetroffen van een derde O-W georiënteerde begraving. De schoenen en textiel van kledij waren nog bewaard. Houtresten wijzen op een slecht bewaarde grafkist. Aan de noordzijde buiten de kerk werden 19 grafkuilen geregistreerd waarvan er uiteindelijk 10 werden onderzocht. 9 individuen werden ingezameld. De graven waren hier zeer ondiep bewaard. Op basis van de aardewerkfragmenten kan dit eerste niveau toegeschreven worden aan begravingen uit de 17de-18de eeuw. Het betreft kistbegravingen met de klassieke W-O oriëntatie waarbij het botmateriaal een goede bewaringsgraad kent. Van het hout van de grafkisten was enkel nog de kistaflijning zichtbaar. Er werd vastgesteld dat er minstens drie skeletniveaus aanwezig waren.
Auteurs: Vanhoutte, Christof
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: MONUMENT - VANDEKERCKHOVE
Is deel van
Historische stadskern van Lier
Is deel van
Parochiekerk Sint-Gummarus
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Sint-Gummaruskerk [online], https://id.erfgoed.net/waarnemingen/988668 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.