De oudste vondsten dateren uit het finaal-paleolithicum tot het neolithicum. De nadruk ligt op de mesolithicum. Het gaat hier om een 28 lithische artefacten: schrabbers, microklingen. Door de verspreiding van de vondsten kan er geen correlatie gemaakt worden naar andere activiteiten of nederzettingen.
De sporen uit de ijzertijd geven een indicatie van bewoning. Er kan een greppel, cultuurlaag en een tweetal bijwoningen onderscheid worden in de Stationstraat. In de Nierstraat waren er enkele paalkuilen zichtbaar, die niet aan een gebouwstructuur gekoppeld konden worden. Het zou gaan om een Alphen-Ekeren gebouw. Daarnaast werden er enkele houtskoolmeilers gevonden, die dateerde tussen 2de-1ste eeuw v.Chr.
Enkel in de Nierstraat werden er sporen uit de Romeinse periode aangetroffen. Het gaat hier over vier erven, slechts 1 structuur kon onderscheid worden. De vondsten en sporen zijn de dateren gedurende de 2de en 3de eeuw.
Beide overwegen hadden een concentratie aan middeleeuwse sporen en vondsten. Het gaat om perceelsindelingen, bewoningssporen zoals een stal en waterput.
De recente periodes hadden aanduidingen van perceelsgreppels, gracht, karrensporen, afwateringsgreppels, krenggraven en waterputten. Deze dateren tussen de 15de tot 20ste eeuw.
Auteurs: Yskout, Emma
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)