waarneming

Kasteelhoeve Forreist, Doornstraat 209

archeologisch element
ID
988913
URI
https://id.erfgoed.net/waarnemingen/988913

Beschrijving

In mei 2019 werd een deel van de stallingen van de beschermde kasteelhoeve bij Kasteel Forreist in de Doornstraat in Brugge gesloopt, in het kader van de restauratie van de gehele site. Tijdens de sloopwerken bleek dat onder de vloerplaat van de stallingen een kluwen van oudere muren en vloertjes aanwezig waren. Op de vondstmelding volgde een kleinschalige opgraving, onder leiding van het agentschap Onroerend Erfgoed. Studie van de bewaarde restanten en vergelijking met tal van voorbeelden uit binnen- en buitenland lieten toe om in de aangetroffen structuren de resten van een prestigieuze wintertuin te herkennen: een complex dat onder meer bestond uit een orangerie en een serre, en dat diende voor zowel de teelt als de opslag van exotische planten.

Het kasteel, de hoeve en aanhorigheden werden gebouwd in het begin van de 19de eeuw, op initiatief van Ansèlme de Peellaert. Deze Brugse edelman was sterk gewonnen voor het revolutionaire gedachtengoed en werkte zich op tot kamerheer van Napoleon Bonaparte bij diens bezoek aan Brugge.

Op het neerhof van het kasteel bouwde de Peellaert naast een woonhuis en een schuur ook een grote ommuurde moestuin, bekroond door een poort die verwijst naar de Isistempel in Phylae (Egypte) en dus naar de Egyptische campagnes van Napoleon. Aan de noordzijde van die moestuin verrees een groot en lang gebouw dat als wintertuin omschreven kan worden. In het meest oostelijke gedeelte van dit gebouw werd een orangerie gebouwd, die in de winter werd gebruikt voor de opslag van planten en in de zomer als luxueus tuinpaviljoen. In het westelijke deel bevonden zich kelders, opslagruimtes en mogelijk ook een hovenierswoning. In het centrale deel werd een grote serre gebouwd, die vermoedelijk gericht was op luxeteelten zoals orchideeën en mogelijk zelfs ananas.

Door de aanwezigheid van spouwmuren met luchtkanalen is het mogelijk en zelfs waarschijnlijk dat deze serre verwarmd was, maar de stookinstallatie zelf werd niet herkend tijdens het onderzoek. Ook de precieze omvang van de serre is niet gekend. Mogelijk ging het om een grote en symmetrische constructie van ruim 20 meter lang met een interne compartimentering in een koud en warm deel, maar dat is niet geheel zeker. Deze serre bestond uit een grote en zuid(oost)georiënteerde glaspartij in een wellicht houten frame, dat steunde op een lage muur en uitsprong ten opzichte van de achtergevel van de aanpalende orangerie. Aan de bovenzijde sloot het glas aan op het zadeldak met dakpannen, dat zich over het gehele gebouw uitstrekte.

Na de val van Napoleon en de dood van de Peellaert in 1817 vielen ook de activiteiten op en rond kasteel Forreist stil. Het kasteel werd niet volledig afgewerkt, waardoor het de vraag is of de serre ooit in dienst werd genomen. Omstreeks 1830 kwamen kasteel en hoeve in handen van nieuwe eigenaars. Vermoedelijk namen zij het initiatief voor een aantal ingrijpende renovatiewerken aan de wintertuin, waarbij vooral de serre werd aangepakt. Uit de opgravingen bleek duidelijk dat er een nieuwe stookinstallatie werd geïnstalleerd waarbij de ‘oude’ luchtkanalen werden gerecupereerd, al blijft het onduidelijk hoe er precies werd verwarmd. Vermoedelijk gaat het om een systeem van warme rook of lucht. Daarnaast bleek ook dat de serre verkleind werd. Er zijn aanwijzingen dat dit gepaard ging met een technologische innovatie, waarbij het glas in het houten frame werd vervangen door een ijzeren frame. Een nieuwe stookinstallatie en een kleiner volume lieten een betere beheersing van het binnenklimaat toe.

Vermoedelijk bleef dit wintertuincomplex in functie tot het eerste kwart van de 20ste eeuw. Nadien werd de serre afgebroken en werd een deel van het ijzeren frame gebruikt als wapening voor het plafond van de stallingen.

Op de orangerie na werd het gehele gebouw ingericht als stalling. Hierbij werden plafonds en nieuwe muren geplaatst, waarbij heel wat oudere sporen uitgewist of vervaagd werden. Ondanks deze ingrepen bleken toch voldoende sporen bewaard om een zicht te krijgen op een erg bijzondere site. De aangetroffen sporen getuigen van een zeer hoog ambitieniveau en een sterke hang naar prestige: een dergelijke wintertuin met een luxueuze orangerie en een verwarmde serre is in regel voorbehouden voor de hogere adellijke kringen.


Auteurs: De Decker, Sam
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)

Fase 1 wintertuin

Datering: eerste kwart 19de eeuw
Typologie: opslagplaatsen, oranjeries, serres, vloeren
Stijl: empire
Gebeurtenis:

Fase 2 wintertuin

Datering: eerste helft 20ste eeuw, tweede helft 19de eeuw, tweede kwart 19de eeuw
Typologie: kelders, opslagplaatsen, oranjeries, serres, vloeren
Materiaal: aardewerk, gekleurd glas, glas, leer, pijpaarde
Gebeurtenis:

Relaties

  • Is deel van
    Kasteeldomein Forreist

  • Is deel van
    Kasteelhoeve bij kasteel Forreist


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Kasteelhoeve Forreist, Doornstraat 209 [online], https://id.erfgoed.net/waarnemingen/988913 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.