De veldkartering heeft in totaal 1 vondst opgeleverd, een kogelpunt, die een aanwijzing kan zijn voor de aanwezigheid van archeologische vindplaatsen.

Tijdens het proefsleuvenonderzoek werden sporen van de Tweede Wereldoorlog aangetroffen. Het gaat om loopgraven en kuilen. De sporen hebben allemaal eenzelfde vulling en zijn goed bewaard gebleven. Hiernaast werden nog enkele kuilen, greppels, een muur en paalkuilen die niet gedateerd kunnen worden in de Tweede Wereldoorlog.

De loopgraven maken deel uit van een loopgravenstelsel. De kuilen in werkput 1 horen waarschijnlijk bij dit stelsel. De overige sporen konden niet gelikt worden aan een structuur. Hier valt de afwezigheid op van sporen die gerelateerd kunnen worden aan de omheining van het kamp en een van de barakken. De afwezigheid van de funderingen van de barakken heeft vermoedelijk te maken met de ondiepe funderingsdiepte van de vloerplaat en een grondige afbraak van het kamp op deze locatie. Er kan met redelijke zekerheid gesteld worden dat er geen greppel of gracht aanwezig was op de plaats van de omheining. Op een foto van het kamp lijken betonnen palen aanwezig die deel uitmaken van de omheining van het kamp. Ook deze lijken te ondiep gefundeerd waardoor deze niet meer bewaard zijn gebleven. Hiervan kunnen wel nog de paalkuilen bewaard zijn gebleven zoals in het kijkvenster.
Naar gevangenkampen en de directe omgeving daarvan is nog geen onderzoek gebeurd in het verleden waardoor het onderzoek een hoge kenniswinst heeft.