waarneming

Tuinen Abdij van Vlierbeek

archeologisch element
ID
989092
URI
https://id.erfgoed.net/waarnemingen/989092

Beschrijving

Eén opvallend resultaat is dat de resultaten uit het geofysisch onderzoek en het aanvullende gravende onderzoek een aantal keer niet met elkaar in overeenstemming te brengen zijn. In het geval van de abtstuin leken de geofysische surveys het cartografisch onderzoek te bevestigen, maar dit kon niet worden bevestigd in de profielen van WP9. Ter hoogte van WP11 werd op grotere diepte een aantal duidelijke sporen aangetroffen, waaronder een greppel, wat niet overeenkomt met de op basis van de geofysische resultaten verwachte dubbele rij (boom)kuilen. In WP13, tenslotte, werd onmiddellijk onder de bouwvoor een bakstenen waterput aangesneden, minstens ten dele gevuld met natuurstenen bouwpuin, die ook niet werd opgepikt door de ground penetrating radar. Uit deze laatste voorbeelden moet geconcludeerd worden dat daadwerkelijk aanwezige fysieke restanten niet altijd opduiken in de geofysische resultaten.

Over het algemeen kan gesteld worden dat veel van de meer subtiele sporen en restanten van oudere fasen van tuinaanleg verdwenen zijn of onherkenbaar zijn door een palimpsest van latere bodemingrepen. Zo werden er bijvoorbeeld nergens duidelijke aanwijzingen aangetroffen voor historische padenaanleg, hoewel verschillende werkputten hier specifiek voor ingepland waren. Er werden anderzijds wel degelijk indicaties voor voormalige fasen van tuininrichting aangetroffen, zoals de greppel in WP11 en de waterput in WP13. Het feit dat deze zijn aangetroffen in werkputten die niet specifiek naar deze elementen op zoek waren, geeft aan dat de ondergrond wellicht nog heel wat geheimen verborgen houdt.

De grote rechthoekige anomalie in het zuiden van de parterretuin lijkt veroorzaakt te zijn door het tennisveld dat hier in de eerste helft van de 20ste eeuw was aangelegd, en die zich nog steeds op geringe diepte onder de moderne bouwvoor bevindt. Er zijn in deze zone geen aanwijzingen gevonden voor de aanwezigheid van architecturale overblijfselen van oudere fasen van de abdij, hoewel het historische kaartmateriaal hiervoor wel aanwijzingen leek te geven. Opnieuw dienen we ermee rekening te houden dat ook het geofysische onderzoek hierover niet noodzakelijk uitsluitsel heeft geboden.


Auteurs: Claeys, Johan
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Archeoworks

Elementen tuinaanleg midden 19de eeuw

Datering: derde kwart 19de eeuw
Typologie: heuvels
Gebeurtenis:

Beschrijving:
De heuvel in het oostelijke gedeelte van de pandtuin dateert wellicht uit deze tijd (1855-1857), maar maakte geen deel uit van de plannen van Keuller.

Fase vóór de verwoesting van 1572

Datering: eerste helft 16de eeuw
Typologie: abdijdomeinen, bouwmaterialen, greppels, kloostertuinen, muurresten, paden, puinlagen, vaatwerk
Materiaal: leisteen, protosteengoed
Gebeurtenis:

Beschrijving:
De structuren die ten noorden van de pandgang gedocumenteerd konden worden binnen WP5 en WP6, maakten minstens ten dele onderdeel uit van de ‘originele’ abdij (vóór 1572). Van de oudere abdijfase lijken de sporen in ieder geval ter hoogte van de parterretuin in goede mate bewaard, onder een dik pakket latere ophogingslagen.
Waarschijnlijk betreft het hier restanten van een afgebroken structuur die zich hier vóór de aanleg van het grafveld bevond. Dit zou dan wellicht gaan om een pre-17e-eeuwse bouwfase van de abdij, hoewel deze hypothese niet bevestigd kon worden door het gebrek aan vondstmateriaal uit de uitbraaksporen.

Kloosterfase midden 17de eeuw

Datering: tweede kwart 17de eeuw
Typologie: abdijdomeinen, bouwmaterialen, kerktorens, muurresten, paden, pandgangen, vaatwerk, waterputten
Materiaal: aardewerk, natuursteen
Gebeurtenis:

Beschrijving:
Concluderend kan dus gesteld worden dat er van de abdijfasen na 1642 nog in grote mate architecturale restanten bewaard zijn die nog niet eerder archeologisch geattesteerd en onderzocht werden. Dit is echter in mindere mate het geval voor de tuinarcheologische sporen, waarbij kon worden vastgesteld dat de toenmalige loopniveaus en ondiepe sporen zoals paden e.d. blijkbaar niet bewaard zijn.

Napoleontische grafveld

Datering: eerste kwart 19de eeuw
Typologie: begraafplaatsen, inhumatiegraven
Materiaal: bot (menselijk)
Gebeurtenis:

Beschrijving:
Tijdens de Napoleontische oorlogen werd het zuidelijke deel van de parterretuin gebruikt als geïmproviseerd grafveld gedurende de periodes dat de abdij dienst deed als militair hospitaal (1809-1810 en 1815). Er werden in het vlak minimaal 15 tot maximaal 17 intacte begravingen aangetroffen, alsook mogelijk een paar verstoorde graven. Maar in archieven is er sprake van 367 doden alleen al tijdens de periode 1809-1810, terwijl de abdij bijvoorbeeld ook in 1815 dienst zou gedaan hebben als militair hospitaal. Het geofysisch onderzoek lijkt deze graven ook niet te registreren, waardoor ook deze techniek geen soelaas biedt in het reconstrueren van de omvang van het grafveld.

Nieuwste tijd sporen

Datering: 20ste eeuw, tweede helft 19de eeuw
Typologie: krengbegravingen, sportterreinen, vaatwerk, waterbekkens
Materiaal: aardewerk, bot (dierlijk), glas, natuursteen
Gebeurtenis:

Romeinse scherven

Datering: Romeinse tijd
Typologie: losse vondsten, vaatwerk
Materiaal: aardewerk
Gebeurtenis:

Relaties

  • Is deel van
    Abdij van Vlierbeek

  • Is deel van
    Abdijdomein Vlierbeek

  • Is gerelateerd aan
    Tiendenschuur


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Tuinen Abdij van Vlierbeek [online], https://id.erfgoed.net/waarnemingen/989092 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.