De opgraving aan de Zeutestraat te Puurs heeft slechts beperkte resultaten opgeleverd. Respectievelijk werden op basis van het proefsleuvenonderzoek de aanwezigheid van een nederzetting uit de ijzertijd (of de Romeinse periode) in het oosten, de aanwezigheid van een grafveld uit de Romeinse periode in het zuidwesten, en een grafveld uit de ijzertijd in de noordelijke zone verwacht. Aan de hand van de resultaten van de archeologische opgraving kunnen de verwachtingen van het proefsleuvenonderzoek echter zeer sterk worden bijgesteld.

De sporen die aan de metaaltijden toegekend kunnen worden, omvatten enkele greppelfragmenten, verschillende paalsporen, enkele kuilen en twee spiekers. Slechts twee structuren konden herkend worden. Een eerste structuur werd gevormd door een vierpalige spieker van ca. 1,6 x 1,8 m. De uitgevoerde 14C-datering op het ingezamelde houtskoolstaal dateerde deze structuur van 750-400 voor Chr. Op basis hiervan kan deze structuur gedateerd worden in de late bronstijd tot vroege ijzertijd. De tweede structuur omvatte een zespalige spieker van ca. 2,4 x 3,4 m. Op basis van het genomen houtskoolstaal uit het zeefresidu is gekomen tot een datering van 1050-930 voor Chr., meer bepaald de late bronstijd. Verdere bijbehorende structuren zijn niet aanwezig binnen de grenzen van het onderzoeksgebied.

De aangetroffen Romeinse sporen waren houtskoolrijke kuilen die konden geïdentificeerd worden als houtskoolmeilers van het type Grubenmeilers. Dit type van houtskoolmeilers werd gecreëerd door een gat in de grond te graven en te vullen met hout en deze afgedekt te laten smeulen zodat er houtskool werd gevormd. Deze houtskoolmeilers fungeerden voor het aanmaken van houtskool voor proto-industriële activiteiten waarbij vuur met hoge temperatuur vereist was, vermoedelijk voor het gebruik in metallurgische ovens. De geïdentificeerde houtskoolmeilers konden gedateerd worden in de late ijzertijd tot de Romeinse periode op basis van het aangetroffen aardewerk en de uitgevoerde 14C-datering op de ingezamelde houtskoolmonsters. Verder zijn uit deze periode nog twee kuilen en een greppel aangetroffen, die vermoedelijk als erfafbakening fungeerde.

De sporen uit de nieuwe en nieuwste tijd hebben voornamelijk te maken met het recentere gebruik van het terrein en met name de land- en tuinbouwactiviteiten die hier hebben plaatsgevonden. Verder is ook een restant van een historische weg aangetroffen die gekarteerd wordt op de Ferrariskaart.