Het proefsleuvenonderzoek geeft aan dat er in het onderzoeksgebied voornamelijk archeologische sporen aanwezig zijn uit de nieuwe tot de nieuwste tijd, met de nadruk op de nieuwste tijd. Ze zijn te relateren aan de recente bebouwing en aan landbouwactiviteiten. Enkel in het noordwesten komen drie sporen voor die een oudere datering kennen. Het gaat om kuilen met vondstmateriaal uit de bronstijd. De zones rondom deze kuilen waren echter ernstig verstoord. Ten noordoosten van de kuilen, waar de grond minder uitvoerig verstoord was, werden dan geen bijkomende relevante sporen aangetroffen.
Auteurs: Delistavros, Jane
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)