Nadat de betonlaag werd gefreesd, werd het proefputtenonderzoek uitgevoerd. Dit onderzoek bestond er uit vier proefputten van 4x4m te graven om het archeologische potentieel van het terrein te toetsen. Bovenaan bevond zich een dik pakket aan recente ophogingen en/of verstoringen. Hieronder bevonden zich antropogene lagen en op sommige plaatsen de moederbodem tussen 1,6 m en 2,4 m onder maaiveld. Hierin bevonden zich contexten uit de Late Middeleeuwen-Nieuwe Tijd en Nieuwste Tijd. Het is mogelijk dat de muuruitbraak tot het Begijnhof uit de 18de eeuw hoort. Er werden geen resten van de Spaanse omwalling aangetroffen. Verder werden er twee poeren, een goot uit de 20ste -21ste eeuw en lagen aangetroffen.