Het proefsleuvenonderzoek leverde relevante archeologische sporen die dateren uit de Romeinse periode. In het noordelijke deel van het terrein werden funeraire sporen in de vorm van twee brandrestengraven teruggevonden. Beide sporen bevatten veel houtskool en spikkels verbrand bot. In het zuidelijke centrale deel werden aanwijzingen van bewoning aangetroffen. Het gaat om een kuilen en een mogelijke greppel. Één van de kuilen en de greppel bevat bovendien veel vondstmateriaal waarvan een deel ingezameld werd. Op basis van een terra sigillata kraagkom van het type Dragendorf 38 kan een datering tussen 70 en 130 n.C. vooropgesteld worden.
Auteurs: Acke, Bert
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Acke & Bracke bvba