Bij de opgraving aan de Heibloemstraat werden drie huisplattegronden aangetroffen te dateren in de late ijzertijd/vroeg-Romeinse periode. Het erf werd verder aangevuld met bijgebouwen en waterputten of -kuilen. De vindplaats loopt zeker door tot in de 2e eeuw. Dit werd bevestigd door het aantreffen van twee waterputten met houten bekisting en Romeins vondstmateriaal. Eén van de twee waterputten leverde een kapdatum van het hout op in de herfst of winter van 101/102 na Chr. Gebouwen uit de midden-Romeinse periode werden echter niet aangetroffen. Mogelijk bevinden deze zich ten noorden van het onderzochte plangebied. Daarna zien we weer pas activiteit vanaf de late middeleeuwen. Uit deze periode werden enkele kuilen, greppels en een waterput/-kuil aangetroffen. Resten van gebouwplattegronden kwamen niet aan het licht. Interessant was het botanisch onderzoek waarvan de resultaten over de drie periodes ietwat gelijkaardig waren. De omgeving was eerder bebost. Behalve bomen waren ook pollen van heide- en graslandplanten hoog in aantal. Pollen van cultuurgewassen waren er dan weer weinig. De schaal van landbouwactiviteiten in de omgeving leek hiermee eerder beperkt voor de aangetroffen periodes.