waarneming

Ros Beiaardstraat

archeologisch element
ID
990111
URI
https://id.erfgoed.net/waarnemingen/990111

Beschrijving

Bij het archeologisch onderzoek werd een historisch ongekend grafveld blootgelegd met de restanten van 72 menselijke inhumaties. In verschillende opzichten was deze opgraving bijzonder. Het grafveld situeerde zich binnen de 14de-eeuwse stadsvesten, direct ten zuiden van de gronden van het klooster van Sion. Dit klooster was één van de oudste gesloten kloosters van Lier, opgericht in de 15de eeuw. In het jaar 1700 verkocht het klooster de gronden van de Loken of het Looks, een veld grenzend aan de kloostermuur waarop de begraafplaats gelegen was, aan de stad. In de 18de eeuw werd het klooster omgevormd tot kostschool en een eeuw later werd het klooster verkocht aan het textielbedrijf De Heyder & Co. Nog later werd een militaire kazerne opgericht. De Loken staat op de Ferrariskaart (1771-1778) en de kaart van landmeter Peter Stijnen (1776) afgebeeld als boomgaard, in eigendom van de stad. De boomgaard wordt in het oosten afgebakend door een weg, een voorloper van het huidige Sionsplein. Het aangetroffen grafveld lijkt zich te situeren ter hoogte van de boomgaard. De aanpalende weg vormde vermoedelijk de grens van de begraafplaats in het oosten. Het grafveld zelf strekte zich mogelijk verder uit in westelijke en noordelijke richting, buiten de projectgrens.

De fysisch antropologische studie toonde aan het hier niet gaat om een doorsnee populatie, maar om een specifieke groepering uit een doorgaans armere sociale klasse. De overgrote meerderheid van de individuen was mannelijk of waarschijnlijk mannelijk. Er was slechts één waarschijnlijke vrouw aanwezig. Met een gemiddeld lage sterfteleeftijd zijn de meeste individuen overleden tijdens de meest vitale periode van hun leven. Daarnaast waren geen kinderen of ouderen aanwezig – deze zijn alleszins niet aangetroffen tijdens het onderzoek. Hun hele leven werd gekenmerkt door zware en armzalige levensomstandigheden. Dit ging gepaard met potentiële voedingstekorten of een eenzijdig dieet en zware infectieziektes. Verschillende individuen zijn overleden met of door een luchtwegeninfectie. Fysieke arbeid vormde een belangrijk onderdeel binnen het dagelijkse leven, arbeid die in het bijzonder voor chronische overbelasting van de schoudergordel zorgde. Bij driekwart van de populatie werd aan de hand van het gebit vastgesteld dat er veelvuldig gerookt werd. De overgrote meerderheid was apart in een kist begraven. Een kleinere groep belandde los in een kuil, waarvan minstens een enkeling in een lijkwade. Die twee graftypes duiden mogelijk op een subtiel verschil tussen iets rijkere en armere individuen. Ook op basis van de grafgiften (munt) en aanwijzingen voor kleding (manchetknopen, oorringen), die slechts bij een zeer beperkte groep zijn aangetroffen, lijkt er een verschil in status te zijn binnen de populatie. Er zijn slechts twee, en mogelijk nog eens vier meervoudige graven, die tegelijkertijd of kort na elkaar zijn begraven.

Het grafveld is voor een groot stuk vermoedelijk gradueel ontstaan, over een langere tijd. Er zijn minstens twee fases te onderscheiden, die weliswaar niet lang na elkaar hebben plaatsgevonden. Hierbij valt het verschil in graforiëntatie op, die eveneens afwijkt van de typisch christelijke traditie waarbij het hoofd in het westen en de voeten in het oosten geplaatst werden.

Een absolute datering van het grafveld blijft vooralsnog onzeker. Verschillende kenmerken in het skelet (pijproken, sagittale naad trepanatie) duiden op een datering na de 17de eeuw. Enkele grafvondsten wijzen in de richting van het einde van de 18de eeuw tot het midden van de 19de eeuw. Op basis van het historisch kaartmateriaal en de historische gegevens wordt gekeken naar een periode tussen 1700 en 1830-1834.

De meest waarschijnlijke hypothese is dat het hier een groep soldaten betrof, gestationeerd in Lier of omstreken. Ze zijn niet zozeer omgekomen vanwege dodelijk trauma, maar vanwege de erbarmelijke levensomstandigheden waarin ze vertoefden, tijdens hun veldtochten, door éénzijdig voedsel en slechte hygiëne. Dit vergrootte de kans op infectieziektes aanzienlijk. Mogelijk gaat het om buitenlandse soldaten, wat een verklaring kan zijn waarom ze niet op een reguliere begraafplaats zijn begraven en waarom niet zozeer rekening werd gehouden met de toenmalige christelijke
begravingstradities.


Auteurs: Dolman, Nandy; Vander Cruyssen, Margot
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: BAAC Vlaanderen bvba

Akkerlaag late middeleeuwen

Datering: late middeleeuwen
Typologie: akkerlagen
Materiaal: aardewerk, bot (menselijk), keramisch bouwmateriaal
Gebeurtenis:

Grafveld 18de-19de eeuw

Datering: 18de eeuw, eerste helft 19de eeuw
Typologie: inhumatiegraven, munten
Materiaal: aardewerk, bot (dierlijk), bot (menselijk), glas, hout, metaal, natuursteen
Gebeurtenis:

Relaties

  • Is deel van
    Historische stadskern van Lier

  • Is gerelateerd aan
    Klooster van Sion

  • Is gerelateerd aan
    Lier Ros Beiaardstraat


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Ros Beiaardstraat [online], https://id.erfgoed.net/waarnemingen/990111 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.