In totaal werden 13 sporen, één laag en 12 muren geregistreerd tijdens het archeologisch onderzoek. Er werden 23 vondstnummers geregistreerd. In totaal gaat het om 18 aardewerkfragmenten vaatwerk, één fragment glazen vaatwerk, negen metalen fragmenten bouwmateriaal en 118 fragmenten menselijk bot. Een groot deel van het vondstmateriaal komt uit verstoorde pakketten. Het aangetroffen menselijk botmateriaal is vermoedelijk afkomstig van de begravingen in en rond de Sint-Laurentiuskerk. Bijna al dit botmateriaal komt uit de verstoorde pakketten en omvat dus verplaatst materiaal. Er werden geen in situ bewaarde begravingen aangetroffen.
Ter hoogte van het eerste vlak zijn er enkel opgebrachte of geroerde pakketten aanwezig. Het pakket leverde een aantal aardewerkvondsten op. Het gaat om steengoed en rood geglazuurd aardewerk. Twee rechthoekige funderingen met afmetingen van ca. 55 bij 80 cm bevinden zich ten westen van de toren in vlak 2. Het zijn de funderingen van een poortconstructie die behoorde tot een afsluiting rond de kerk. De pijlers zijn hol vanbinnen en zijn opgebouwd uit bakstenen. Uit een insteek komt rood geglazuurd aardewerk. De afsluiting, waar de funderingen toe behoren, werd ontworpen in 1892. In het noordwesten werden in de geroerde pakketten een achttal ijzeren fragmenten gevonden, waarvan minstens een deel afkomstig is van het hekwerk van de afsluiting rond de kerk.
Er werden meerdere sporen gelinkt aan watertoevoer -en afvoer aangetroffen. In het noordwesten werd allereerst een vierkante bakstenen infiltratieput vastgesteld. De put heeft geen vloer en in de wanden zijn er openingen langs waar het water kon draineren. De put is opgevuld met puin. De put zal ook aangelegd zijn in de 19de eeuw. Uit de puinvulling komt industrieel wit aardewerk, te dateren in de nieuwste tijd. In het zuidwesten werd verder nog een bakstenen goot vastgesteld, die aansluit op de toren en die een verbinding maakt met een bakstenen waterput. Uit de insteek komt kleurloos glas. Slechts de rand van de waterput werd aangesneden bij het graven van de sleuf voor de plaatsing van de keerwanden. Aan de noordzijde werd uiteindelijk nog een gresbuis geregistreerd voor de afvoer van regenwater van het dak van de in de 19de eeuw aangebouwde zijbeuk. Deze wordt ondersteund door een muurtje.
Aansluitend op de noordzijde en zuidzijde van het bewaarde deel van de noordelijke en zuidelijke zijbeuk werd het restant van een ca. 65 cm breed pad vastgesteld, dat opgebouwd is uit betontegels. Ten westen van de kerk bevat het centraal aanwezige opgebrachte pakket schelpen. Mogelijk is het de opvulling van de uitgravingen die zijn gebeurd voor de opgraving die in 1966 werd uitgevoerd.
Aan de noordzijde werden muurfragmenten vastgesteld. Bij het vrijleggen van het muurwerk werden de funderingen van de kerk aangesneden. De funderingen van de zijbeuken lagen 30cm hoger dan deze van de toren wat erop wijst dat het terrein opgehoogd is geweest. Langs de noordelijke zijbeuk is aan de binnenzijde een insteek vastgesteld. Hieruit werd menselijk bot gerecupereerd. Aan de buitenzijde van beide zijbeuken werd ook een insteek vastgesteld. Aan de oostzijde van de toren bevindt zich de aanzet van het oorspronkelijke schip.
Er werden twee natuurstenen grafstenen aangetroffen tijdens de opgraving. Hiernaast werden er ook natuurstenen bouwmaterialen verzameld.
Auteurs: Lommelen, Lies
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Heeft als voorganger
Wilmarsdonk
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Toren Sint-Laurentiuskerk [online], https://id.erfgoed.net/waarnemingen/990713 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.