Algemeen werd er verspreid over de proefsleuven heel wat verstoring aangetroffen gerelateerd aan drainage, recente bebouwing, vergravingen en ophogingen. Maar ook natuurlijke fenomenen, zoals bijvoorbeeld de hoge grondwaterstand en boomvallen, verstoorden de leesbaarheid van het archeologisch vlak. Mogelijk aanwezige sporen zijn bijgevolg verstoord en/of vervaagd.
Er werden in het totaal 8 spoornummers toegekend. Het gaat om 4 kuilen (waarvan één natuurlijk) en 4 greppels(segmenten). Er werd geen vondstmateriaal aangetroffen waardoor er geen concrete datering voorhanden is. Vermoed wordt dat de sporen eerder van een recente aard zijn. De greppels dienden mogelijk voor de afwatering van de percelen. De omvang en vulling van één van de kuilen doet vermoeden dat het eventueel om een (postmiddeleeuwse) extractiekuil zou kunnen gaan.
Auteurs: Depaepe, Ine; Decrock, Lobke
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)