Tijdens de verkennende archeologische boringen werd één fragment van een kling aangetroffen. Dit in de overgang tussen het aanwezige colluvium en de onderliggende C-horizont binnen boring 2.

Tijdens het waarderend archeologisch booronderzoek werden (in tegenstelling tot het verkennend booronderzoek) geen vuursteen artefacten meer aangetroffen. Verder werden tijdens zowel het verkennend booronderzoek als het waarderend booronderzoek enkele (kleine) aardewerkscherven aangetroffen. Het betreffen allen scherven in roodbakkend aardewerk die gedateerd kunnen worden in de late middeleeuwen – nieuwe tijd. Deze aangetroffen scherfjes bevonden zich allen in het colluvium.

Tijdens de uitvoering van het proefsleuvenonderzoek t.h.v. de Hazenakkerstraat te Zonnegem (Sint-Lievens-Houtem) werden geen archeologisch relevante gronsporen en/of sturcturen aangesneden. De enige grondsporen die binnen de contouren van het plangebied werden aangetroffen betreffen meer recente antropogene sporen zoals drainage, uitbraaksporen van voormalige bebouwing en één plastic leiding.