Binnen het plangebied werd naar aanleiding van een omgevingsvergunning voor de realisatie van een nieuwbouw een archeologisch vooronderzoek uitgevoerd.
Om inzicht te krijgen in de bodemopbouw werd eerst een landschappelijk bodemonderzoek uitgevoerd. Het terrein werd onderzocht door middel van 6 landschappelijke boringen. Op basis van de resultaten van het landschappelijk bodemonderzoek, bleek de kans op het aantreffen van nog goed bewaarde steentijd sites laag. Vervolgens werd overgegaan tot de uitvoering van een proefsleuvenonderzoek. Tijdens het onderzoek werd slechts één archeologisch spoor geregistreerd. Het gaat mogelijk om een oude perceelsgracht. Daarnaast werden verstoringen vastgesteld die het gevolg zijn van 20ste-eeuwse bebouwing en bebossing. Er werden geen vondsten gedaan binnen het plangebied.
Auteurs: Hertoghs, Sarah
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)