Naar aanleiding van een verkaveling met 14 koopwoningen werd een vlakdekkende opgraving uitgevoerd.
De vroegste sporen dateren uit de volle middeleeuwen. Een gedeelte van een brede grachtstructuur kan in verband gebracht worden met een walgrachtsite met dubbele structuur. Een gedeelte van een grachtstructuur met een vierkant grondplan kan mogelijk als residentieel beschouwd worden. Sporen van eventuele structuren aan de binnenzijde van het vierkant werden niet vastgesteld.
Zowel ten noorden als ten oosten van de walgrachtsite, met andere woorden dus buiten de afbakening ervan, werden een reeks volmiddeleeuwse structuren vastgesteld. Onmiddellijk ten noorden van de walgrachtsite wijzen een deels verstoorde palencluster op een mogelijke tweeschepige gebouw. Vlakbij de noordwestelijke hoek van de palenconfiguratie werd een gedeelte van een waterkuil aangetroffen. Mogelijks kan dit wijzen op de aanwezigheid van een stagebouw en een drenkkuil voor vee.
Het onderzoek liet toe een gedeelte van het kerkhof onmiddellijk ten oosten van het huidige oostkoor van de Sint-Willibrordus in kaart te brengen. In totaal werden er 72 individuen opgegraven. De graven hebben een oostwest oriëntering. Bovendien valt op, hoe dichter bij het koor van de kerk, hoe meer begravingen er zijn.
De 35 onderzochte geanalyseerde skeletten bestaan uit 15 mannen, 9 vrouwen, 1 individu van onbekend geslacht en 10 kinderen. De gemiddelde leeftijd bij overlijden van de mannen is 39,8 jaar en van de vrouwen is 43,7 jaar. Er zijn naar verhouding meer mannen dan vrouwen. De uitgevoerde C-14 analyses geven duidelijk aan dat de oudste begravingen dateringen kunnen geplaats worden in de tweede helft van de 11de eeuw en de 12de eeuw. De begraafplaats bleef nog actief tot in de vroege 20ste eeuw, waarvan de geruimde WO I graven exemplarisch zijn.
Een tweetal winningskuilen met een rechthoekig grondplan wijzen op duidelijke baksteenproductie. Na het ontginnen van grondstof werden beide kuilen opgevuld met ovenafval (houtskool, verbrande leem, over- en onderbakken baksteenfragmenten). Op basis van het aangetroffen baksteenformaat kunnen deze wellicht in verband gebracht met de bouw van de Sint-Willibrorduskerk in de eerste helft van de 13de eeuw.
Wulpen lag in WO I buiten de eigenlijke frontzone. 6 graven kunnen beschouwd worden als post-WO I, aangezien het gaat om geruimde WO I graven van Belgische soldaten. Echter de stoffelijke resten van deze begravingen zijn achteraf gelicht, wellicht om ze bij te zetten op een andere militaire begraafplaats. Deze begraafplaats is echter niet gekend, ondanks het contacteren van de militaire overheden. In deze graven werd veelal slechts enkele fragmenten van menselijk bot, zoals (hand- en voetbeentjes) aangetroffen. Enkele knopen gaven aan dat het handelt om militaire uniformen van de 8ste Linieregiment van de Belgische landmacht.
Reeds tijdens het uitgevoerde vooronderzoek werd een bakstenen structuur aangesneden die op basis van de constructie in verband te brengen was met een loopgraaf aangelegd tijdens de Tweede Wereldoorlog.
Tijdens de Tweede Wereldoorlog, werden in het kader van de aanleg van de Atlantik Wall vanaf 1942 in het achterland diverse verdedigingsposten (steunpunten) ingericht en voorzien met o.a. luchtafweergeschut. Eén ervan betrof het Stutzpunkt Wulpen en was gelegen in sector Kustenverteidigungsabsnitt 3. Op basis van deze werd duidelijk dat zich binnen het projectgebied een gedeelte van het Stutzpunkt Wulpen gesitueerd kan worden. Op basis van een luchtfoto van 1944 kunnen hier enkele gebouwen en een overwelfde bakstenen loopgraaf aangeduid worden. De luchtfoto toont tevens aan dat op dat ogenblik de structuur nog volop in aanleg is
Auteurs: Cornelissen, Yasmine
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)