Algemeen
Aan de hand van het geofysisch onderzoek werden er allerlei mogelijke sporen aangetroffen. Er werden vierkante, rechthoekige en puntvormige sporen aangetroffen. Bij de registratie van het aanlegvlak van de 15 aangelegde werkputten tijdens het proefsleuvenonderzoek werden slechts 4 archeologisch relevante sporen vastgesteld, allemaal geassocieerd met perceelgreppels uit de 19de eeuw. Overige sporen zijn van natuurlijke aard of worden toegeschreven aan recente verstoringen.
Er werden enkele losse vondsten aangetroffen. Het gaat telkens om post-middeleeuws aardewerk (AW) en/of industrieel witgoed. Aangezien deze vondsten zijn aangetroffen buiten een sporencontext hebben ze geen echte toegevoegde waarde voor de inschatting van het archeologisch potentieel binnen de onderzoekzone.