Tijdens het vlakdekkend onderzoek werden in totaal 63 archeologische sporen aangeduid en beschreven (SP1 t.e.m. SP63). Daarnaast werden bij sporen SP38, 46 en 52 nog eens 11 subnummers uitgedeeld in een tweede (controle)vlak, wat het totaal op 74 afzonderlijke spoornummers brengt. De meeste sporen zijn van antropogene oorsprong. Slechts één spoor is na het couperen ervan met zekerheid van natuurlijke oorsprong. De archeologische sporen kunnen globaal in volgende categorieën opgedeeld worden: paalkuilen, greppels, waterputten, wegtracé, (leemwinnings)kuilen, kuilen en vermoedelijk een restant van een oven.. De sporen zijn daarbij voornamelijk te interpreteren als sporen die in teken van ambachtelijke of artisanale activiteiten gezien moeten worden. De sporen kunnen op basis van het vondstmateriaal in de late middeleeuwen tot vroege postmiddeleeuwse periode gedateerd worden (13de-16de eeuw).
Er werden twee silexartefacten teruggevonden. Eén hiervan betreft een kling uit vermoedelijk het (laat)paleolithicum. Het tweede betreft een kling uit gepolijste bijl uit het neolithicum.
Er werden in totaal 38 baksteenfragmenten ingezameld. Een aantal fragmenten zijn vermoedelijk Romeins.
Op basis van de blootgelegde sporen en het aangetroffen materiaal, wordt dus vermoed dat de site een laatmiddeleeuws tot vroeg post-middeleeuws ambachtelijk kwartier betreft. In oost-westelijke richting loopt een weg door het onderzoeksgebied. Ten noorden van deze weg werden tal van leemwinningskuilen en twee waterputten blootgelegd. Tevens werd hier een kuil met verbrandingssporen waargenomen (restant van een oven?). Rondom dit spoor kon een concentratie aan scherven – in wellicht – lokaal geproduceerde aardewerk waargenomen worden.
Tijdens het archeologisch onderzoek werden er vier stalen genomen. Deze stalen werden allen genomen uit (ton)waterput SP54. Van deze (ton)waterput werden zowel de houten duigen als een stuk van de hoepel ingezameld. Tevens werd in de kern van deze waterput een pollenbak aangebracht en een bulkstaal genomen. Een laatste staalnummer werd gegeven aan een leren lap die uit de kern van deze waterput werd gerecupereerd. De stalen werden niet onderzocht.
Auteurs: Claesen, Jan
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: ARCHEBO bvba
Beschrijving:
kling en een kling uit een gepolijste bijl