Binnen het plangebied werd naar aanleiding van een omgevingsvergunning voor de oprichting van een nieuw gebouw een vooronderzoek uitgevoerd.

Het terrein werd onderzocht door middel van een proefsleuvenonderzoek. Tijdens het onderzoek werden 6 antropogene sporen geregistreerd. Het gaat om een gracht, kuilen, paalkuilen en spitsporen. Deze kunnen grotendeels in verband gebracht worden met het gebruik als akker. Er werden ook verschillende ophogingen en verstoringen vastgesteld binnen het plangebied.

Het vondstmateriaal bestaat voornamelijk uit vondsten van recente aard, namelijk een fragment rood geglazuurd aardewerk en een wandfragment witbakkend aardewerk met groene glazuur (17de -18de eeuw). Een fragment grijs aardewerk, dateert dan weer eerder uit de late middeleeuwen.